Sluiskil

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Sluiskil
Luchtfoto van Sluiskil. Foto: J. Midavaine/Slagboom en Peeters, 1997. Bron: ZB, Beeldbank Zeeland, rec.nr. 128807

Het dorp: kenmerken

Dorp binnen de gemeente Terneuzen (ook voor de gemeentelijke herindeling van 1970 en die van 1997), gelegen aan weerszijden van het Kanaal Terneuzen-Sas van Gent bij het Zijkanaal naar Axelsche Sassing: 2.255 inwoners (2021). Het grootste deel van het dorp ligt aan de westzijde van het kanaal. Bij het in de Kanaalzone gelegen dorp zijn een cokes- en een kunstmestfabriek gevestigd (oostzijde kanaal). Het Sluiskilse St.-Elisahethziekenhuis is van regionaal belang. Tot Sluiskil wordt ook de buurtschap Stroodorpe gerekend (deels voormalige gemeente Westdorpe).

Varia

Kermis jaarlijks half augustus.

Geschiedenis

In de 18de eeuw was er een veer genaamd 'Sluvskille' aan de Oud-Vogelschor of Zuid-Westenrijkpolder, tegenover de spuisluis van de Koegorsen Nieuwe Zevenaarpolder. Waar in 1825/26 ten behoeve van het Kanaal Terneuzen-Sas van Gent het Axelse Gat werd afgesloten ontstond het huidige dorp Sluiskil. Tijdens de Belgische opstand van 1830 was Sluiskil van strategisch belang als dekking van de vesting Neuzen (Terneuzen). Enige toen aangelegde verdedigingswerken zijn nadien volledig opgeruimd. Circa 1890 bedroeg de bevolking van Sluiskil met Stroodorpe ruim 600 personen. In 1898 werd een aanvang gemaakt met de bouw van een klooster der paters capucijnen (zie ook bisdom (VI)). Dit klooster en de bijbehorende rooms-katholieke kerk werden in 1900 door brand getroffen en verwoest. De paters capucijnen bouwden in 1915 het klooster van de zusters van het Heilig Hart. Het ziekenzaaltje hij dit klooster zou uitgroeien tot het St.-Elisabeth ziekenhuis, geopend in 1951. In 1979 werd het kloostergebouw. na verhuizing der overgebleven zusters naar woonhuizen, door het ziekenhuis in gebruik genomen. In 1911 werd de eerste cokesfabriek in Nederland te Sluiskil gevestigd. opgericht door enige directeuren van staalfabrieken in Lotharingen (Association CoOpérative Zélandaise de Carbonisation G.A. Het bij de cokesfabricage vrijkomende gas was bruikbaar voor ammoniakfabricage. zodat zich in 1929 naast de cokesfabriek een kunstmestfabriek kon vestigen (Nederlandse Stikstof Maatschappij deze werd door circa 3000 arbeiders van verschillende nationaliteiten in anderhalf jaar gebouwd. De vestiging van bedrijven als de NSM, toendertijd nog geheten Compagnie Néerlandaise de l'Azote (CNA), werd door velen als een uitkomst begroet. daar door landbouwmechanisatie een grote werkloosheid was ontstaan. Gedurende de Tweede Wereldoorlog werd de NSM zowel door de Duitsers als de geallieerden gebombardeerd. In 1971 werd zij in haar soort de grootste fabriek ter wereld. Bij het vijftigjarig bestaan in 1979 werd door het personeel een sculptuur van Omer Gielliét aangeboden. Sluiskil kreeg in 1907 een nieuwe brug over het kanaal. de Minister Lelvbrue. Deze deed dienst tot 1968. Bij de kanaalverruiming van 1961/68, waarvoor in Sluiskil ruim 100 woningen moesten worden opgeofferd, kwam er een nieuwe brug bijna 1.5 km noordelijk van het dorp. Te Sluiskil kwam een kosteloos rijksveer voor fietsers en voetgangers. Een 'Lelymonument samengesteld uit een stuk natuursteen van de oude brug. werd op 15 augustus 1970 onthuld door ir. A. Lely, de zoon van de vroegere minister.

Auteur

J. Kuipers

Literatuur

  • Van kiem tot korrel; Nederlandse Stikstof Maatschappij 1929-979.
  • P.J. Baart en W.E.P. Schelstraete, Sluiskil in oude ansichten.
  • Wilderom. Tussen afsluitdammen, IV.
  • Zeeland in vogelvlucht.
  • Van der Aa. Aardrijkskundig woordenboek.

Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984