Generale Prins Willempolder

Poldergebied in de gemeente Oostburg (voormalige gemeenten Schoondijke, Waterlandkerkje en Oostburg); opgenomen in het Waterschap Het Vrije van Sluis (opgericht 1942); oppervlakte ca. 3255 ha. De polder bestaat uit een eerste en een tweede gedeelte. Hij dankt zijn naam aan stadhouder Willem II. Het geheel bestaat uit herdijkingen na inundaties aan het eind van de 16^e eeuw, als gevolg van de Tachtigjarige oorlog. Het gebied behoort tot de hoofdafwateringsgebieden Nummer Een Hoofdplaatpolder) en Cadzand Kievittepolder). De Generale Prins Willempolder le gedeelte kwam in 1650 tot stand en omvat de polders Cathalijne, Dierkensteenpolder, Oude Passageulepolder (noord), Vrije Polder (noord) en Vijfhonderd-in-beoosten-eede-polder. De Generale Prins Willempolder 2e gedeelte, oppervlakte ca. 1975 ha, hoogteligging van 0,9 m N.A.P. tot 2,0 m N.A.P., werd bedijkt in 1651/52. Tot deze polder, die de grootste van Zeeuws-Vlaanderen en de vijfde in grootte van Zeeland is, worden ook de Brugse Dijklanden gerekend, gelegen tussen het eerste en eigenlijke tweede polderdeel. Met de totstandkoming van de Generale Prins Willempolder 2^e gedeelte ontstonden hier door afdamming van de Brugsche Vaart de Nieuweveldpolder en de St. Philipspolder. In de Generale Prins Willempolder 2e gedeelte ontstond het nieuwe Schoondijke. Verder liggen in de polder de buurtschappen Steenhoven, Tragel (ged.), Sasput (ged.) en in de zuidwestpunt een deel van Oostburg. Watertjes in de polder zijn o.a. de Gaternissekreek en de Molenkreek.

Auteur

J. Kuipers

Literatuur

• Wilderom, Tussen afsluitdammen IV.
• Gottschalk, Historische geografie.
• Roos. Woordenboek.
• De Hullu, archief generale Prins Willempolder.

Auteur

J.A. Trimpe Burger