Vogelsangpolder

Vogelsangpolder

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

1. Polder in de gemeente Tholen, aan de Eendracht (thans Schelde-Rijnkanaal); opgenomen in het Waterschap Tholen; opp. ca. 36 ha; hoogte gemiddeld 0,3 m + N.A. P.; afwatering via het gemaal de Eendracht in de Vijftienhonderd gemetenpolder. De bebouwing van Oud-Vossemeer, gelegen in de Kerkepolder, loopt door tot de vroegere aanlegplaats van het vervallen veer naar Nieuw-Vossemeer aan De Vogelsangpolder. De Vogelsangpolder kwam in 1567 tot stand op het noordelijk deel van het schorrengebied, waarop in het zuiden, vóór 1555, de Leguitpolder bedijkt was. Hij behoorde tot de heerlijkheid Oud-Vossemeer en maakte tot 1959 deel uit van het in 1874 opgerichte waterschap van die naam Oud-Vossemeerpolder). De polder inundeerde in 1682, 1715, 1720, 1808 en 1906.

2. Verloren polder van Zuid-Beveland, gelegen in de Westerschelde. De polder (opp. 224 schotbare gemeten) werd tussen 1394 en 1415 langs de Dierik bedijkt. Hij lag tegen de Everingepolder, de Zuidpolder van Baarland en voor een klein deel tegen de Baarlandpolder. Hij inundeerde in 1530, 1532 en ging definitief verloren na 1570. De naam Vogel(en)sang werd vaker aan polders gegeven; de naam komt ook buiten Zeeland voor.