Adriaanpolder

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Adriaanpolder

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984


Polder in de gemeente Kortgene (Noord-Beveland), aan het Veerse Meer; aangesloten bij het Waterschap Noord-Beveland (opgericht 1959 thans 'Waterschap Noorden Zuid-Beveland; oppervlakte ca. 58 ha; hoogteligging gemiddeld 0,9 m N.A.P. De polder heefteen in 1961 gesticht gemaal (twee electrisch aangedreven verticale schroefpompen, capaciteit elk 45 m' per minuut bij 0,60 m opvoerhoogte, bemalingsgebied 1180 ha). In de Adriaanpolder liggen de zomerwoningenterreinen Deltona en de Boogert, alsmede de Kortgeense jachthaven Delta Marina.De Adriaanpolder werd in 1686 bedijkt. Het octrooi van 1680 omvatte ook de Stads-,*Westen Oostpolder. De polder behoorde aan de heerlijkheid Kortgene.Nog in het jaar van de inpoldering inundeerde de Adriaan. Door Cornelis van Nassau, graaf van Nassau-de Lek-Odijk, werd het poldertje in1707 weer ter bedijking uitgegeven aan Adriaan Dingemans o.a. dijkgraaf, burgemeester en landmeter te Colijnsplaat. Naar hem is de polder tenslotte genoemd. De Adriaanpolder is ook bekend onder de naam Smallegangepolder, naar Adriaan van Smallegange die hem vermoedelijk in eigendom heeft gehad. De herdijking kwam gereed in 1708. Bij de stormvloed van 1 februari 1953 inundeerde ook de Adriaanpolder, wat overstroming van de Oud Kortgene-, Oost-, Frederiksen Stadspolders tot gevolg had. DeAdriaanpolder was op 15 april 1953 weer vrij van zeewater. Tot 1959 behoorde deAdriaanpolder tot het uitwateringswaterschap Stads e.a. (opgericht 1871).


AUTEUR

J. Kuipers


LITERATUUR

De Bruin en Wilderom, Tussen afsluitdammen.