Oosterlandpolder

Uit encyclopedie van zeeland
Versie door Maintenance script (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2014 om 13:52 (Importing text file)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Oosterlandpolder

1. Polder in de gemeente Goes, aan het Veerse Meer; op genomen in het Waterschap de Brede Watering van Zuid-Beveland (opgericht 1959), thans Waterschap Noorden Zuid-Beveland; oppervlakte ca. 386 ha, hoogteligging gemiddeld 0,3 m + N.A.P. Bij de jachthavens bevindt zich het gemaal Oosterland (2 electrisch aangedreven, verticale, gesloten schroefpompen; cap. 2 x 46 m3 per minuut bij opvoerhoogte 1,30 m; bemalingsgebied 1210 ha; gesticht 1961). In de polder ligt het grootste deel van Wolphaartsdijk. De Aardebolleweg herinnert aan de*Hardebolleke polder. De Oosterlandpolder kwam in 1370 tot stand (octrooi van Hertog Albrecht aan Willeman Rengersz. van Cats) en is grotendeels een herdijking van het in 1334 overstroomde ambacht Oostkerke (eiland Wolphaartsdijk); de grens met het ambacht Sabbinge was de Veerweg in het westen van de polder. In 1700 en 1711 zijn er aan resp. de westen oostzijde van de polder inlagen langs de Zandkreek gelegd; er zijn hier echter geen gronden verloren gegaan. De westelijke inlaag is bebouwd. Oosterland inundeerde bij de vloed van 1 februari 1953 (watervrij 24 februari d.a.v.); via de Oosterlandpolder inundeerde de Oud-Sabbingepolder, de Zuiderlandpolder en de Frederikspolder. De Oosterlandpolder heeft behoord tot de v.m. gemeente Wolphaartsdijk en maakte tot 1959 deel uit van het waterschap Oud Wolphaartsdijk (opgericht 1577; Oud Sabbingepolder). 2. Polder in de gemeente Borsele; opgenomen in het Waterschap de Brede Watering van Zuid-Beveland (opgericht 1959), thans Waterschap Noord- en Zuid-Beveland; oppervlakte ca. 115 ha; hoogteligging ca. 1,0 m + N.A.P. De polder behoort tot het afwateringsgebied van het gemaal Van Borssele in de Borsselepolder. In de polder ligt een deel van Heinkenszand, dat zich ontwikkelde ter weerszijden van de verdwenen scheidingsdijk met de Oosterguitepolder (de tegenwoordige dorpsstraat). De Oosterland polder werd omstreeks 1289 of tussen 1350 en 1375 bedijkt tegen de noordelijke en oostelijke dijk van de Ouwelandpolder. Hij heeft behoord tot de heerlijkheid en voormalige gemeente Heinkenszand en was tot 1959 opgenomen in het waterschap 's-Heer Arendskerke (opgericht 1880; 's-*Heer Arendskerkepolder). 3. Polder in de gemeente Duiveland, aan het Mastgat; opgenomen in het Waterschap Schouwen-Duiveland (opgericht 1959); oppervlakte ca. 1205 ha; hoogteligging gemiddeld 0,1 m - N.A.P. De suatie geschiedt via het gemaal in de Vier Bannen van Duiveland. In de polder ligt het dorp Oosterland. In 1353 werd het gebied van de polder door hertog Willem van Beijeren ter bedijking uit gegeven. De polder, evenals het ambacht Oosterland, kwam het jaar daarop tot stand. De geul Marevliet, later de Geule genoemd, werd bij de bedijking afgedamd (het water bestaat nog). De Oosterlandpolder overstroomde bij verschillende vloeden; na de ramp van 1 februari 1953 kwam hij weer droog op 15 oktober van dat jaar. Deze laatste vloed eiste in de voormalige gemeente Oosterland 65 slachtoffers. Tot 1959 maak te de polder deel uit van het Waterschap Oosteren Sir Jansland, dat naast deze polders ook de Beyerenpolders omvatte.


AUTEUR

J. Kuipers

LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen II en III. C. Dekker, Zuid-Beveland. J.P.B. Zuurdeeg, De Brede Watering, 's-Heer Arendskerke. J.P.B. Zuurdeeg, Inventaris archief waterschap Oud-Wolphaartsdijk.

OOSTEREN OUDEPOLDER

*Kievitte polder


AUTEUR

?