Zuiderlandpolder

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Zuiderlandpolder

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

1. Polder in de gemeente Goes; opgenomen in het Waterschap de Brede Watering van Zuid-Beveland, thans Waterschap Noord- en Zuid-Beveland; opp. ca. 140 ha; hoogte gemiddeld 0.3 m + N.A.P. afwatering via het gemaal Oosterland in de Oosterlandpolder. In de polder ligt een deel van de bebouwing van Wolphaartsdijk. Zuiderland werd in 1359 bedijkt; de vergunning van Hertog Albrecht aan 'Janne van Zabbinghen ende sinen neven' dateert van een jaar voordien. De polder was een van de herdijkingen van het verloren eiland Wolphaartsdijk Oud-Sabbingepolder). De Zuiderlandpolder behoorde tot de voormalige gemeente Wolphaartsdijk; tot 1959 maakte hij deel uit van het waterschap Oud-Wolphaartsdijk Oud-Sabbingepolder). Bij de ramp van 1 februari 1953 inundeerde de polder via de Oosterlandpolder (watervrij 24 febr. 1953). 2. Polder in de gemeente Borsele; aangesloten bij het Waterschap de Brede Watering van Zuid-Beveland, thans Waterschap Noord- en Zuid-Beveland; opp. ca. 52 ha; hoogte ca. 1.5 m + N.A.P.; behoort tot het afwateringsgebied van het gemaal Van Borssele in de Borsselepolder. Zuiderland werd in de eerste helft van de 15e eeuw als aanwas bedijkt ten zuidwesten van de Vlaanderkenpolder. Hij behoorde tot de heerlijkheid en de voormalige gemeente Heinkenszand en maakte tot 1959 deel uit van het waterschap 's-Heer Arendskerke.


AUTEUR

J. Kuipers

LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen III. C. Dekker, Zuid-Beveland. J.P.B. Zuurdeeg, Brede Watering, Oud-Wolphaartsdijk. J.P.B. Zuurdeeg, Brede Watering, ’s-Heer Arendskerke.