Hendrika Catharina Maria Ghijsen
Hendrika Catharina Maria Ghijsen | |
---|---|
Portret van Rika Ghijsen, circa 1975. | |
Geboren | 22 november 1884 Middelburg |
Overleden | 25 maart 1976 Middelburg |
Beroep | taalkundige en literatuur-historica |
VIAF | [1] |
Studie
De vader van Hendrika Catharina Maria Ghijsen werkt bij de aanleg van de spoorbaan. Hij woonde te Middelburg en Domburg en Rika Ghijsen zou –op enkele korte uitstapjes na- haar leven lang in de huizen in de Gortstraat in Middelburg en aan de Weststraat 11 in Domburg blijven wonen. In 1905 ging Ghijsen studeren in Leiden, waar zij onder andere aan toneel deed en lid werd van de VVSL, de vereniging voor vrouwelijke studenten te Leiden. In 1913 deed zij haar doctoraal in Nederlands en Geschiedenis. Na in de oorlogsjaren samen met onder andere Mr. Anne Bolle in Middelburg hulp verleend te hebben aan de Belgische vluchtelingen keerde ze naar Leiden terug. In 1919 promoveerde zij op de dissertatie: Betje Wolff, jeugd en huwelijksjaren. In 1954 zou nog een tweede biografie van haar hand verschijnen over de Vlissingse schrijfsters Wolff en Deken. Ze wijdde zich aan wetenschappelijk werk, dat vooral op Betje Wolff en Aagje Deken en op Zeeuwse dialectologie betrekking heeft.
Woordenboek der Zeeuwse dialecten en verenigingswerk
Toen in 1928 de Zeeuwsche Vereeniging voor Dialectonderzoek werd opgericht werd ze daarvan al spoedig secretaresse en nam eerst de inzameling, vervolgens ook de bewerking van het materiaal op zich, daarbij zeer gesteund door mej. K. van de Putte. Daaruit ontstond het ‘Woordenboek der Zeeuwse dialecten’(1959-1964). Voortzetting van het onderzoek naar het Zeeuwse dialect vond daarna plaats via het Bulletin van de Werkgroep Historie en Archeologie van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Zij had een werkzaam aandeel aan het muziek- en verenigingsleven in Domburg en Middelburg. Van haar hand verscheen een aantal publicaties over muziekleven in Middelburg en de concertzaal.
Terwijl Ghijsen opnieuw een artikel over Wolff en Deken aan het schrijven was viel ze in de winter van 1976 van de trap in haar woonhuis. Na enige weken in een verpleeghuis in Middelburg te hebben doorgebracht overleed zij op 25 maart van dat jaar. Na haar overlijden verscheen in 1978 'Hendrika Catharina Ghijsen 1884-1976: Herinneringen,autobiografische aantekeningen', dat door M.P. de Bruin van een inleiding werd voorzien. Voor een opgave van haar werken zie bibliografie.
Laureaten
- Ridder in de Orde van Oranje Nassau, 9 december 1954
- Zeeuwse culturele prijs, 1957
- Erelid van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1964
Selecte Bibliografie
- Betje Wolff in verband met het geestelijk leven van haar tijd; jeugd- en huwelijksjaren (Rotterdam, 1919)
- Dapper vrouwenleven; karakter- en levensbeeld van Betje Wolff en Aagje Deken (Assen, 1954)
- (red.)Woordenboek der Zeeuwsche dialecten; bijeengebracht door de Zeeuwse vereniging voor dialectonderzoek (Den Haag, 1964)
AUTEUR
P.J. Meertens, herz. J. Francke (2012)
LITERATUUR
-Meertens, Bij het gouden doctoraat van dr. H.C.M. Ghijsen. PZC, 28.6.1969.
-Meertens, Dr. Ghijsen. Zeeuws Tijdschrift 1976.
-'In memoriam Dr. Ghijsen'.
-Lezing door Rika Ghijsen op 19 december 1968 over het Zeeuwse dialect