Marjan Olyslager: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Johan Francke (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Wim van Gorsel (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
 
(78 tussenliggende versies door 5 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox
{{InfoboxPersoon
| above = Marjan Olyslager
| afbeelding = [[Bestand:Olyslager_pzc15juni1985pag33.JPG|250px]]
(Den Haag 8 maart 1962)
| naam = Marjan Olyslager
atlete
| onderschrift = foto: archief PZC, bron: [https://krantenbankzeeland.nl/issue/pzc/1985-06-15/edition/0/page/33 Krantenbank Zeeland, PZC 15 juni 1985, pag. 33]
| geboortedatum = [[8 maart]] [[1962]]
| geboorteplaats = Den Haag
| overlijdensdatum =
| overlijdensplaats =
| beroep = atlete en managing partner
}}
}}
Marjan Ingrid Olyslager is een voormalig Nederlandse atlete uit Terneuzen, die gespecialiseerd was in het hordelopen. Ze was drievoudig Nederlands recordhoudster hordeloop. Ze werd twaalf keer Nederlands kampioene in de hordeloop.


[[File:Marjan_Olyslager_1988.jpg|thumb|240px|Marjan Olyslager, 1988 (bron: Wikimedia Commons, fotograaf: Rob C. Croes)]]
== Biografie ==
=== Jeugd ===
Marjan Olyslager begon op haar tiende met atletiek. Dit kwam omdat zij in haar woonplaats [[Terneuzen]] een maand gratis training kreeg aangeboden bij de club '''Schelde Sport''' na gewonnen schoolwedstrijden. Al gauw kwam naar voren dat zij veel aanleg had voor de sprintafstanden en de springnummers. Dit was waarschijnlijk ook een gevolg van de turnsport, waarmee zij vier jaar ervaring had opgedaan.
 
Vanaf 1977 behaalde Marjan Olyslager haar eerste titels. In dat jaar werd zij kampioene op de 100 en de 80 meter horden. Daarna zouden er in totaal nog elf jeugdtitels volgen.
 
[[Bestand:Marjan Olyslager2.jpg|thumb|250px|left|Een nog jonge Marjan Olyslager, Bron:  [http://zoeken.krantenbankzeeland.nl/issue/stm/1985-07-12/edition/null/page/8 Krantenbank Zeeland, in: De Stem, 12 juli 1985, pag. 8.]]]
 
Marjan Olyslager deed als zeventienjarige haar eerste internationale ervaring op: bij het jeugd-EK van 1979 in Bydgoszcz liep zij  200 meter en de 100 meter horden. Op de 200 meter kwam zij tot de halve finale, op de 100 meter horden eveneens en miste zij op 0,02 seconde een finaleplaats.
 
=== Olympische limiet ===
In 1981 ging Marjan Olyslager over naar de senioren. Bij het NK van dat jaar won zij haar eerste seniorentitel - hoewel zij in die periode nogal klampte met vermoeidheidsverschijnselen als gevolg van de ziekte van Pfeiffer. In 1983 voldeed Marjan Olyslager aan de olympische limiet (13,45) en voor het einde van dat jaar had Marjan Olyslager het nationale record verbeterd tot 13,26. Dit gebeurde op het WK te Helsinki. Ze kwam in dat toernooi tot de kwartfinale, maar werd daarna uitgeschakeld met 13,3.
 
=== Olympisch jaar ===
1984 was een teleurstellend jaar voor Marjan Olyslager. Door een voetblessure miste zij de finale van de NK op de 100 meter horden en miste de NOC*NSF-limiet (13,18) voor de Olympische spelen in Los Angelos. Marjan Olyslager liep 13,20. Overigens wel een Nederlands record voor de als computerprogrammeur/systeemanaliste in Breda werkzame atlete.
 
=== 1985 ===
In 1985 betaalde de harde trainingen die Marjan Olyslager zichzelf had opgelegd om aan de olympische limieten te voldoen uit. Binnen twee maanden verbeterde ze vier maal haar eigen nationale record. Eerst liep ze 13,19 en daarna 13,07. In juni  vervolgens 13,03 en tot slot 13,01 begin augustus. Ze sloot het jaar 1985 af met een 22e plaats op de wereldranglijst.
 
=== 1986 en 1987 ===
Door een borstvliesontsteking ging het winterseizoen 1985/86 grotendeels aan haar voorbij. Toch stond ze er in de zomer van 1986 weer in de voorbereiding voor de EK in Stuttgart. Ze liep 13,08 en 13,07. Door een lies- en hamstringblessure werd ze echter teruggeworpen en struikelde in de halve finale. Olyslager, achteraf: 'Ik was te gretig, mijn hordebeheersing was er nog niet. Dit is me trouwens nog nooit overkomen', aldus de Zeeuwse.<ref>‘Dit is me nog nooit overkomen’, in: ''Atletiekwereld'' nr. 14 (1986)</ref>
 
1987 begon erg goed voor Marjan Olyslager. Op het NK indoor won ze op de 60 meter horden met een Nederlands record (8,16) en voldeed ze aan de limiet voor de WK-indoor. Tijdens dat WK-indoor (in Liévin)liep ze nog sneller: 8,03. Op het WK-indoor (Indianapolis) haalde ze de finale, en werd vijfde in 8,12.
 
In 1987 behaalde Marjan Olyslager ook nog de nationale titel op de 100 meter horden, maar de WK miste ze. Ze sukkelde in 1987 nog te veel met haar knieblessure.


{{Infobox atletiek
=== 1988: Grenzen geslecht ===
| afbeelding =Marjan Olyslager 1988.jpg
[[Bestand:Marjan Olyslager3.jpg|thumb|250px|right|Marjan Olyslager (1988), Bron: [http://zoeken.krantenbankzeeland.nl/issue/pzc/1988-09-30/edition/0/page/21 Krantenbank Zeeland, in: PZC, 30 september 1988, pag. 21.]]]
| onderschrift =Marjan Olyslager in 1988
| naam = Marjan Ingrid Olyslager
| bijnaam =
| geboortedatum = 8 maart 1962
| geboorteplaats = [[Den Haag]]
| overlijdensdatum =
| overlijdensplaats =
| nationaliteit = {{NL}}
| lengte = 1,72 m
| gewicht = 58 kg
| discipline = hordelopen
| trainer = Ad Hendriks, [[Wilfried Geeroms]], Luc van Agt
| 1etitel = Ned. kampioene 100&nbsp;m horden 1981
| OS = 1988
| extra = Ned. recordhoudster 100&nbsp;m horden; Ned. indoorrecordhoudster 50&nbsp;m horden, 60&nbsp;m horden
}}
'''Marjan Ingrid Olyslager''' is een voormalige Nederlandse atlete, die gespecialiseerd was in het hordelopen. Ze is drievoudig Nederlands recordhoudster en was twaalfmaal Nederlands kampioene in deze discipline.


== Biografie ==
1988 begint goed voor Marjan Olyslager. Ze verbetert de nationale indoorrecords. In Gent duikt ze voor het eerst onder de acht-secondengrens: 7,97. Ook wordt ze opnieuw nationaal kampioen en ondervindt in Nederland op dat moment geen serieuze tegenstand meer.  
=== Eerste jeugdtitels ===
[[Bestand:Olyslager_pzc15juni1985pag33.jpg|thumb|right|250px|Marjan Olyslager in 1985, fotoarchief PZC, bron: [http://www.krantenbankzeeland.nl Krantenbank Zeeland, PZC 15 juni 1985, pag. 33]]
Olyslager startte reeds op tienjarige leeftijd met atletiek, nadat zij in haar woonplaats [[Terneuzen]] bij schoolwedstrijden het recht had verworven om een maand gratis te komen trainen bij de plaatselijke atletiekvereniging ''Schelde Sport''. Al gauw bleek haar natuurlijke aanleg voor de sprint- en springnummers. Daarbij had zij een hoop souplesse opgedaan bij het turnen, een sport die zij daarvoor zo’n viertal jaren had beoefend.


Vijf jaar later had zij zich in de atletiek al zover ontwikkeld, dat de eerste nationale jeugdtitels konden worden binnengehaald: als B-juniore werd zij in 1977 kampioene op de 100 meter en de 80 meer horden. Er zouden er in de jaren erna nog elf volgen zodat Marjan, toen zij daartoe de leeftijd had bereikt, met een totaal aantal van dertien jeugdtitels aan haar seniorencarrière begon.<br />Overigens deed Marjan Olyslager nog als juniore haar eerste internationale ervaring op bij een groot toernooi: bij de Europese jeugdkampioenschappen van 1979 in Bydgoszcz trad zij aan op de 200 meter en de 100 meter horden. Op het eerste nummer, waarop zij in de series haar persoonlijke record had verbeterd, strandde zij in de halve finale, op de 100 m horden miste zij op 0,02 seconde een plaats in de finale.
Op 5 maart 1988 volgt een hoogtepunt in de atletiekcarrière van Marjan Olyslager. Ze wint zilver op het EK-indoor van Boedapest op de 60 meter horden. Ze loopt een nationaal record: 7,92 (achter Cornelia Oschkenat uit de DDR en voor Mihaela Pogacian uit Roemenië. Haar naam als Europese topper was definitief gevestigd.


=== Stempel ===
Ook tijdens het outdoor-seizoen bewijst Marjan Olyslager haar toegenomen status. In Saint-Denis loopt ze in 12,93 naar een nieuw nationaal record en kwalificeert zich daarmee voor de Olympische Spelen van Seoel.
Vanaf haar overgang naar de senioren in 1981 tot aan het einde van haar actieve atletiekloopbaan in 1989 zou Marjan Olyslager vervolgens haar stempel drukken op het hordelopen bij de vrouwen in Nederland. Reeds in Nederlandse kampioenschappen atletiek 1981 veroverde zij haar eerste seniorentitel, hoewel ze sinds het midden van 1980 tot in het voorjaar van 1981 hinder had ondervonden van vermoeidheidsverschijnselen, die het gevolg bleken van de ziekte van Pfeiffer. Het duurde tot 1983 voordat Marjan de limiet van 13,45, die de KNAU had gesteld als grens voor een nieuw te erkennen elektronisch gemeten record, zou doorbreken. Op 11 juni 1983 dook ze er voor het eerst onder, al werd dat nooit officieel vastgesteld. In het Belgische Willebroek sloegen blijkbaar gelijk de stoppen door van de elektronische tijdwaarneming, toen Olyslager daar tijdens de interland tegen Schotland en België de finishlijn passeerde.<ref>Uit ''Overwinning van Nederlandse dames tegen Schotland en België'' door Nic Lemmens (1983), gepubliceerd in Atletiekwereld nr. 12: KNAU</ref> Ze moest het er doen met een handgeklokte tijd van 13,0, maar de drempel was genomen en voor het jaar om was had Marjan Olyslager het nationale record met 13,26 op haar naam geschreven. Die tijd liep zij tijdens de eerste officiële wereldkampioenschappen atletiek in Helsinki (1983), waar zij op de 100 meter horden tot deze prestatie kwam. Ze haalde er de kwartfinales mee, maar werd daarin met 13,30 uitgeschakeld.


=== Teleurstelling in olympisch jaar ===
=== Successen en nederlagen ===
Het olympische jaar 1984 had twee forse tegenvallers voor de inmiddels als computerprogrammeur/systeemanaliste in Breda werkzame atlete in petto: door een voetblessure moest zij bij de Nederlandse kampioenschappen de finale op de 100 meter horden laten lopen en miste zij de limiet van 13,18, die het NOC*NSF had gesteld als eis voor deelname aan de Olympische Spelen in Los Angeles (1984). Ze kwam niet verder dan 13,20, al was dat wel weer een Nederlands record.
Ook daarna is Marjan Olyslager nog succesvol. Tijdens de Adriaan Paulen Memorial wint ze goud op de 100 meter horden in 12,92. Verder kwalificeert zij zich en passant voor de 4x100 meter estafette voor Seoel (samen met Nelli Cooman, [[Els Vader]] en Gretha Tromp). Op de Memorial Van Damme in Brussel wint ze vervolgens de 100 meter horden in 12,83, alweer een Nederlands record.


=== Richting wereldtop ===
Opmerkelijk is haar verlies op het NK in Groningen, waar zij het moet afleggen tegen de in de winning mood verkerende Gretha Tromp. Met eenhonderdste seconde wordt zij verslagen (13,33 om 13,34).
Het jaar erna plukte Olyslager de vruchten van haar harde, maar vergeefse olympische limietenjacht. Binnen 53 dagen verbeterde ze haar eigen nationale record viermaal: na 13,19 en 13,07 in mei volgde 13,03 in juni, waarna ze op 7 augustus in Zwolle eindigde op 13,01. Marjan was net zo verbaasd als iedereen: "Ik kan het gewoon niet verklaren. Vorig jaar heb ik echt hard getraind en toen kwam het er niet uit. Technisch gezien ben ik dit jaar niet zo gek veel vooruit gegaan. Ik ben wel veel sterker en sneller geworden. Bovendien is het uithoudingsvermogen voor de laatste drie horden vergroot".<ref name="Even wennen">Uit ''Marjan Olijslager: "Het is even wennen te weten dat je ook kunt winnen"'' door Wim van Hemert (1985), gepubliceerd in Atletiekwereld nr. 11: KNAU</ref> Een tijd onder de 13 seconden leek nu zelfs haalbaar. Marjan was immers al enkele malen onder die grens gedoken, zij het met steeds te veel rugwind. Zijzelf achtte een tijd tussen de 12,7 en 12,8 een reëel doel. "Ik ben realistisch in mijn benadering. Misschien komt het door mijn wiskundige aanleg".<ref name="Even wennen"/> Intussen beëindigde Marjan Olyslager het verder weinig interessante jaar 1985 op de wereldranglijst op een 22-ste plaats.


=== In het gras ===
Op de Olympische Spelen in Seoel komt Marjan Olyslager niet verder dan de halve finales. Daarin wordt ze vijfde in 13,08. Olyslager, achteraf:  "Ik raakte een horde, verloor snelheid en kon dat niet meer goedmaken", verklaarde zij achteraf.<ref name="Niet goed, niet slecht">Bert Paauw, 'Marjan Olijslager niet goed, niet slecht', in: ''Atletiekwereld'' nr. 15 (1988)</ref> Op de 4x100 meter estafette bereikt Olyslager - samen met Nelli Cooman, Gretha Tromp en [[Els Vader]] - de halve finale, met een tijd van 43,48.
Een borstvliesontsteking was er in 1985/86 echter de oorzaak van, dat de winterperiode nagenoeg uitviel. Desondanks leek Marjan in de zomer van 1986 op tijd in vorm voor de Europese kampioenschappen in Stuttgart, met tijden van 13,08 en 13,07. Een lies- en hamstringblessure gooide echter opnieuw roet in het eten. Ze herstelde weliswaar op tijd, maar kwam niet in topvorm aan de start in Stuttgart. In de halve finale (na een serie in 13,14) struikelde ze over de eerste horde en belandde in het gras. Ze had te weinig tijd gehad om op techniek te kunnen trainen. 'Ik was te gretig, mijn hordebeheersing was er nog niet. Dit is me trouwens nog nooit overkomen', aldus de Zeeuwse.<ref>Uit ''‘Dit is me nog nooit overkomen’'', gepubliceerd in 1986 in Atletiekwereld nr. 14: KNAU</ref>


Het jaar 1987 startte Marjan Olyslager voortvarend. Op de NK indoor sloeg ze drie vliegen in één klap: een nationale titel op de 60 meter horden in de nationale recordtijd van 8,16 (vijfhonderdste onder haar eigen oude record uit 1984) én een limiettijd voor de WK indoor. Dat ze nog sneller kon, bewees ze kort daarna tijdens der EK indoor in Liévin. Ze kwam er driemaal in actie en alle drie de keren bleef ze onder haar eigen record: via 8,10 in de serie werd het 8,03 in de halve finale en 8,09 in de finale, waarin ze laatste werd. Enkele weken later werd zij in Indianapolis op de eerste WK indoor ooit vijfde in de finale, al was haar tijd hier 8,12. Veel meer bleek er dat jaar echter niet in te zitten. Door een lastig genezende knieblessure, die zij in het voorseizoen opliep, kwam Olyslager die zomer eigenlijk nooit goed in vorm. De nationale titel op de 100 meer horden veroverde ze nog wel, maar het belangrijkste toernooi van het jaar, de WK in Rome, liep zij mis. En ook de langverwachte tijd onder de 13 seconden kwam er opnieuw niet uit. Met haar beste jaarprestatie van 13,19 bleef ze ver verwijderd van het in de twee voorafgaande jaren bereikte niveau.
=== En nu? ===
[[Bestand:Marjan Olyslager4.jpg|thumb|240px|Marjan Olyslager, 1985, Bron: [http://www.krantenbankzeeland.nl/issue/pzc/1985-07-08/edition/0/page/14 Krantenbank Zeeland, 8 juli 1985, pag. 14.]]]


=== Magische grenzen doorbroken ===
Na de toch wat teleurstellend verlopen Olympische Spelen in Seoel begint de twijfel bij Marjan Olyslager toe te slaan over de voortgang van haar atletiekcarrière. Enerzijds wil zij nog wel een jaartje doorgaan, anderzijds heeft zij steeds meer moeite de opofferingen te brengen. Achteraf blijkt Seoel toch een breekpunt. Olyslager "Voor die tijd had ik nog iets om naar toe te werken, iets dat ik nog nooit had meegemaakt. Na de Olympische Spelen was dat voorbij. Ik kreeg ineens moeite met trainen. In de winter kwam ik nauwelijks op gang. Voor het eerst in mijn leven bekroop me het gevoel dat ik van alles miste door de topsport."<ref>Gio Lippens,'Marjan Olijslager heeft haar grenzen bereikt',in: ''Atletiekwereld'' nr. 15 (1989)</ref>
In het olympische jaar 1988 begint Marjan Olyslager precies als het jaar ervoor: met het verbeteren van nationale indoorrecords. Op 13 februari komt ze opnieuw in Liévin op de 60 m horden tot 8,00, om vervolgens vier dagen later in Gent met 7,97 voor het eerst onder de magische 8-secondengrens te duiken. Vanzelfsprekend wordt ze ook weer Nederlands kampioene; in eigen land is Olyslager inmiddels onverslaanbaar geworden. Het hoogtepunt van het indoorseizoen, tevens een hoogtepunt in haar carrière, moet echter nog komen. Op 5 maart 1988 wint ze op de EK indoor in Boedapest op de 60 meter horden een zilveren medaille in 7,92 achter Cornelia Oschkenat (7,77 s) uit de DDR en voor Mihaela Pogacian (7,99 s) uit Roemenië. Haar tijd is wederom een Nederlands record. Marjan Olyslager mag zich voortaan tot de Europese top rekenen.


Hoe belangrijk haar goede indoorprestaties zijn geweest, blijkt vervolgens tijdens het outdoorseizoen. Marjan Olyslager wint enkele aansprekende internationale meetings en duikt al op 7 juni in Saint Denis voor het eerst onder de 13-secondengrens in de Nederlandse recordtijd van 12,93. Niet alleen doorbreekt zij hiermee een tweede belangrijke psychologische barrière, ze kwalificeert zich ook in één klap voor de Olympische Spelen in Seoel.
Na de Olympische Spelen steekt Marjan Olyslager duidelijk minder tijd in de trainingen. Ze investeert steeds meer tijd in haar werk als systeem-analist en trouwt met Roel Wingbermühle.<ref>[Henk van der Sluis,'Marjan Olijslager voldoet aan ‘Vergouwen-limiet’, in: ''Atletiekwereld'' nr. 4 (1989)]</ref>


=== Winst en verlies ===
Ondanks haar misschien verminderde focus op het atletiek presteerde Olyslager zeer goed in 1989. Op het NK-indoor won ze opnieuw goud en op het EK-indoor in Den Haag werd ze vierde, op het WK-indoor zesde met 7,95. Op dit laatste toernooi verbeterde ze ook nog het Nederlands record en scherpte dit aan tot 7,89!
De volgende maanden leverde Olyslager nog vele prima prestaties. Zo won zij op 14 augustus 1988, als een van de weinige Nederlandse atletes ooit, goud op de 100 m horden tijdens de Adriaan Paulen Memorial in alweer een Nederlandse recordtijd: 12,92. Bovendien kwalificeerde zij zich ook nog eens op de 4 x 100 meter estafette in 43,54 voor de Spelen, samen met Nelli Cooman, [[Els Vader]] en Gretha Tromp. Uiteindelijk kwam ze op 19 augustus tot haar beste jaarprestatie, door tijdens de Memorial Van Damme in Brussel de 100 meter horden te winnen in 12,83, haar derde recordverbetering van het seizoen. Ze bereikte er de vijftiende plaats op de wereldranglijst mee. Des te opmerkelijker was het dat zij juist dit jaar op eigen bodem een gevoelige nederlaag moest ondergaan: tijdens de NK in Groningen werd zij op haar specialiteit geklopt door Gretha Tromp, die na winst en een Nederlands record op de 400 meter horden de dag ervoor in de winning mood bleek en Marjan Olyslager met één honderdste seconde verschil klopte. De tijden: 13,33 om 13,34. Tromp liep op de 100 meter horden daarna nooit meer zo snel.


Op de Olympische Spelen dat jaar in Seoel kwam Olyslager na winst in haar serie in 13,04 en een tweede plaats in haar kwartfinale in 13,02 niet verder dan een vijfde plaats in de halve finale met 13,08. Had ze de finale willen halen dan had ze, gezien de tijden van de concurrentie, haar Nederlandse record moeten verbeteren, zoals Marjan Olyslager voorafgaand aan haar race terdege besefte. Het kwam er echter niet uit. "Ik raakte een horde, verloor snelheid en kon dat niet meer goedmaken", verklaarde zij achteraf.<ref name="Niet goed, niet slecht">Uit ''Marjan Olijslager niet goed, niet slecht'' door Bert Paauw, gepubliceerd in 1988 in Atletiekwereld nr. 15: KNAU</ref> Samen met Nelli Cooman, Gretha Tromp en Els Vader kwam ze vervolgens ook uit op de 4 x 100 meter estafette, waarin het Nederlandse team eveneens in de halve finale sneuvelde, ondanks een snellere tijd (43,48) dan Frankrijk, dat in de andere halve finale vierde werd met 43,66.
Ook outdoor was Olyslager nog steeds succesvol. In Villeneuve-d'Ascq liep ze met 12,77 haar twaalfde Nederlandse record. In die wedstrijd versloeg ze onder andere de Amerikaanse kampioene Linda Tolbert en oud-wereldrecordhoudster Ginka Zagortsjeva. Het record zou bijna dertig jaar stand houden en pas op 10 juni 2018 worden verbeterd door Nadine Visser (12,71).


=== Breekpunt ===
Nadat Olyslager nog voor de veertiende keer beslag legde op de Nederlandse seniorentitel besloot ze een punt te zetten achter haar actieve atletiekcarrière. Zij bleef daarna nog wel actief als trainster. In 1995 werd zij ook nog vakgroepcoördinator sprint/horden bij de KNAU.<ref>Léon Haan,"De techniek was mijn sterkste punt", in: ''Atletiekwereld'' nr. 11 (1995)</ref> De gelopen nationale records van Olyslager staan overigens nog steeds!
Aanvankelijk had het in Marjan Olyslagers bedoeling gelegen om Seoel als het eindpunt van haar atletiekloopbaan te beschouwen. Direct na de Spelen twijfelde zij echter. "Ik heb hier nog steeds zoveel lol in dat ik er serieus over denk om voorlopig nog een jaartje door te gaan", aldus de Nederlandse hordekoningin.<ref name="Niet goed, niet slecht"/> Een jaar later hierop terugkijkend stelde zij vast, dat Seoel toch een breekpunt in haar carrière is geweest. "Voor die tijd had ik nog iets om naar toe te werken, iets dat ik nog nooit had meegemaakt. Na de Olympische Spelen was dat voorbij. Ik kreeg ineens moeite met trainen. In de winter kwam ik nauwelijks op gang. Voor het eerst in mijn leven bekroop me het gevoel dat ik van alles miste door de topsport."<ref>Uit ''Marjan Olijslager heeft haar grenzen bereikt'' door Gio Lippens, gepubliceerd in 1989 in Atletiekwereld nr. 15: KNAU</ref>


Die winter trouwde Marjan Olyslager met Roel Wingbermühle, stortte zich meer op haar werk als systeem-analiste en besteedde minder aandacht aan trainingen.<ref>Uit ''Marjan Olijslager voldoet aan ‘Vergouwen-limiet’'' door Henk van der Sluis (1989), gepubliceerd in Atletiekwereld nr. 4: KNAU</ref> Desondanks liep zij in 1989 de sterren van de hemel. Indoor haalde zij op de 60 m horden haar zoveelste nationale titel binnen, werd vierde op de EK indoor in Den Haag, evenaarde enkele dagen later haar nationale record van 7,92 en werd op de WK indoor in Boedapest zesde in de finale in 7,95, nadat zij in de series alweer naar een verbetering van haar eigen nationale record was gesneld: 7,89. In het outdoorseizoen liep zij op de 100 meter horden tijdens een competitiewedstrijd in Kerkrade allereerst een handgeklokte tijd van 12,7, bleef vervolgens in Sittard met 12,88 slechts vijfhonderdste verwijderd van haar nationale record, om tenslotte op 25 juni tijdens de ''Meeting Internationale de Paris'' op het sportcomplex van Villeneuve-d'Ascq haar ultieme prestatie van 12,77, haar twaalfde nationale record, neer te zetten. Ze versloeg daarbij onder andere de Amerikaanse kampioene Linda Tolbert en oud-wereldrecordhoudster Ginka Zagortsjeva.
===Persoonlijk===
Marjan Olyslager is getrouwd en heeft drie kinderen. Na in de ICT gewerkt te hebben was ze lange tijd consultant talentontwikkeling bij het NOC/NSF. Marjan Olyslager was vier keer chef de mission van de Nederlandse ploeg voor het Europese Jeugd Olympisch Festival. Sinds 2008 is zij managing partner en coach van Synovia Health & Performance in Capelle aan den IJssel. Sinds 2013 is zij ook trainer bij ATR in Rotterdam.


Het was de kers op de taart voor Marjan Olyslager die tenslotte, na nog een veertiende nationale seniorentitel te hebben behaald, aan het eind van het seizoen 1989 haar carrière afsloot. Niet langer wilde zij als toegewijd atlete verder, wel bleef zij actief als trainster. En in 1995 werd zij zelfs vakgroepcoördinator sprint/horden bij de KNAU.<ref>Uit ''"De techniek was mijn sterkste punt"'' door Léon Haan (1995), gepubliceerd in Atletiekwereld nr. 11: KNAU"</ref> Sindsdien is er tot op heden geen enkele Nederlandse hordeloopster ook maar in de buurt van haar beste tijden gekomen.
[[Bestand:Marjan Olyslager5-WC.jpg|thumb|240px|Marjan Olyslager, 1988, Bron: Wikimedia Commons]]


=== Chef de Mission EYOF ===
Marjan Olyslager werd door het NOC/NSF in augustus 2006 aangesteld als '''Chef de Mission''' van de Nederlandse atleten op het Europees Jeugd Olympisch Festival (EYOF) en de Koninkrijksspelen. Nadat zij deze taak vier keer in successie had vervuld werd zij hiervoor op 19 november 2013 door NOC/NSF voorzitter Bolhuis onderscheiden met de bronzen erepenning. Zij kreeg deze penning mede voor de grote toewijding waarmee zij haar opdracht vervulde.
In augustus 2006 werd Marjan Olyslager door het NOC*NSF aangesteld als Chef de Mission om het Nederlandse team te begeleiden op het Europees Jeugd Olympisch Festival (EYOF) en de Koninkrijksspelen. Op 19 november 2013, nadat zij deze rol op vier achtereenvolgende EYOF's had vervuld, werd zij hiervoor door NOC*NSF onderscheiden met de erepenning. Deze bronzen onderscheiding wordt uitgereikt aan personen die een bijzondere betekenis voor de sport in Nederland hebben. Olyslager, die de onderscheiding ontving uit handen van voorzitter André Bolhuis, kreeg de penning als blijk van waardering voor de toewijding waarmee Olyslager zich steeds van haar taak had gekweten.


== Nederlandse kampioenschappen ==
== Nederlandse kampioenschappen ==
Regel 319: Regel 324:


==Auteur==
==Auteur==
Wim van Gorsel, 2015
Wim van Gorsel, 2015, herz. 2021
 
== Bronnen ==
===Literatuur===
*''de Atletiekwereld'', 1982-1995.
 
===Sites===
*[http://zoeken.krantenbankzeeland.nl/search Krantenbank Zeeland, PZC, 1980-2015]


== Bron ==
===Overig===
[http://nl.wikipedia.org/wiki/Marjan_Olyslager Wikipedia Marjan Olyslager]
*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheek.nl/?itemid=|universal/sru|http://data.bibliotheek.nl/ggc/ppn/318150352 Marjan Olyslager (Documentatiemap)(Middelburg: Zeeuwse Bibliotheek, 2009)]


==Noten==
==Noten==
<references/>
<references/>


[[Categorie: Sport]]
[[Categorie: Sport]]
Regel 333: Regel 343:
[[Categorie: persoon]]
[[Categorie: persoon]]
[[Categorie: Zeeuwen]]
[[Categorie: Zeeuwen]]
{{DEFAULTSORT:Olyslager, Marjan}}

Huidige versie van 20 jul 2021 om 07:39

Marjan Olyslager

Geboren 8 maart 1962 Den Haag
Beroep atlete en managing partner

Marjan Ingrid Olyslager is een voormalig Nederlandse atlete uit Terneuzen, die gespecialiseerd was in het hordelopen. Ze was drievoudig Nederlands recordhoudster hordeloop. Ze werd twaalf keer Nederlands kampioene in de hordeloop.

Biografie

Jeugd

Marjan Olyslager begon op haar tiende met atletiek. Dit kwam omdat zij in haar woonplaats Terneuzen een maand gratis training kreeg aangeboden bij de club Schelde Sport na gewonnen schoolwedstrijden. Al gauw kwam naar voren dat zij veel aanleg had voor de sprintafstanden en de springnummers. Dit was waarschijnlijk ook een gevolg van de turnsport, waarmee zij vier jaar ervaring had opgedaan.

Vanaf 1977 behaalde Marjan Olyslager haar eerste titels. In dat jaar werd zij kampioene op de 100 en de 80 meter horden. Daarna zouden er in totaal nog elf jeugdtitels volgen.

Een nog jonge Marjan Olyslager, Bron: Krantenbank Zeeland, in: De Stem, 12 juli 1985, pag. 8.

Marjan Olyslager deed als zeventienjarige haar eerste internationale ervaring op: bij het jeugd-EK van 1979 in Bydgoszcz liep zij 200 meter en de 100 meter horden. Op de 200 meter kwam zij tot de halve finale, op de 100 meter horden eveneens en miste zij op 0,02 seconde een finaleplaats.

Olympische limiet

In 1981 ging Marjan Olyslager over naar de senioren. Bij het NK van dat jaar won zij haar eerste seniorentitel - hoewel zij in die periode nogal klampte met vermoeidheidsverschijnselen als gevolg van de ziekte van Pfeiffer. In 1983 voldeed Marjan Olyslager aan de olympische limiet (13,45) en voor het einde van dat jaar had Marjan Olyslager het nationale record verbeterd tot 13,26. Dit gebeurde op het WK te Helsinki. Ze kwam in dat toernooi tot de kwartfinale, maar werd daarna uitgeschakeld met 13,3.

Olympisch jaar

1984 was een teleurstellend jaar voor Marjan Olyslager. Door een voetblessure miste zij de finale van de NK op de 100 meter horden en miste de NOC*NSF-limiet (13,18) voor de Olympische spelen in Los Angelos. Marjan Olyslager liep 13,20. Overigens wel een Nederlands record voor de als computerprogrammeur/systeemanaliste in Breda werkzame atlete.

1985

In 1985 betaalde de harde trainingen die Marjan Olyslager zichzelf had opgelegd om aan de olympische limieten te voldoen uit. Binnen twee maanden verbeterde ze vier maal haar eigen nationale record. Eerst liep ze 13,19 en daarna 13,07. In juni vervolgens 13,03 en tot slot 13,01 begin augustus. Ze sloot het jaar 1985 af met een 22e plaats op de wereldranglijst.

1986 en 1987

Door een borstvliesontsteking ging het winterseizoen 1985/86 grotendeels aan haar voorbij. Toch stond ze er in de zomer van 1986 weer in de voorbereiding voor de EK in Stuttgart. Ze liep 13,08 en 13,07. Door een lies- en hamstringblessure werd ze echter teruggeworpen en struikelde in de halve finale. Olyslager, achteraf: 'Ik was te gretig, mijn hordebeheersing was er nog niet. Dit is me trouwens nog nooit overkomen', aldus de Zeeuwse.[1]

1987 begon erg goed voor Marjan Olyslager. Op het NK indoor won ze op de 60 meter horden met een Nederlands record (8,16) en voldeed ze aan de limiet voor de WK-indoor. Tijdens dat WK-indoor (in Liévin)liep ze nog sneller: 8,03. Op het WK-indoor (Indianapolis) haalde ze de finale, en werd vijfde in 8,12.

In 1987 behaalde Marjan Olyslager ook nog de nationale titel op de 100 meter horden, maar de WK miste ze. Ze sukkelde in 1987 nog te veel met haar knieblessure.

1988: Grenzen geslecht

Marjan Olyslager (1988), Bron: Krantenbank Zeeland, in: PZC, 30 september 1988, pag. 21.

1988 begint goed voor Marjan Olyslager. Ze verbetert de nationale indoorrecords. In Gent duikt ze voor het eerst onder de acht-secondengrens: 7,97. Ook wordt ze opnieuw nationaal kampioen en ondervindt in Nederland op dat moment geen serieuze tegenstand meer.

Op 5 maart 1988 volgt een hoogtepunt in de atletiekcarrière van Marjan Olyslager. Ze wint zilver op het EK-indoor van Boedapest op de 60 meter horden. Ze loopt een nationaal record: 7,92 (achter Cornelia Oschkenat uit de DDR en voor Mihaela Pogacian uit Roemenië. Haar naam als Europese topper was definitief gevestigd.

Ook tijdens het outdoor-seizoen bewijst Marjan Olyslager haar toegenomen status. In Saint-Denis loopt ze in 12,93 naar een nieuw nationaal record en kwalificeert zich daarmee voor de Olympische Spelen van Seoel.

Successen en nederlagen

Ook daarna is Marjan Olyslager nog succesvol. Tijdens de Adriaan Paulen Memorial wint ze goud op de 100 meter horden in 12,92. Verder kwalificeert zij zich en passant voor de 4x100 meter estafette voor Seoel (samen met Nelli Cooman, Els Vader en Gretha Tromp). Op de Memorial Van Damme in Brussel wint ze vervolgens de 100 meter horden in 12,83, alweer een Nederlands record.

Opmerkelijk is haar verlies op het NK in Groningen, waar zij het moet afleggen tegen de in de winning mood verkerende Gretha Tromp. Met eenhonderdste seconde wordt zij verslagen (13,33 om 13,34).

Op de Olympische Spelen in Seoel komt Marjan Olyslager niet verder dan de halve finales. Daarin wordt ze vijfde in 13,08. Olyslager, achteraf: "Ik raakte een horde, verloor snelheid en kon dat niet meer goedmaken", verklaarde zij achteraf.[2] Op de 4x100 meter estafette bereikt Olyslager - samen met Nelli Cooman, Gretha Tromp en Els Vader - de halve finale, met een tijd van 43,48.

En nu?

Marjan Olyslager, 1985, Bron: Krantenbank Zeeland, 8 juli 1985, pag. 14.

Na de toch wat teleurstellend verlopen Olympische Spelen in Seoel begint de twijfel bij Marjan Olyslager toe te slaan over de voortgang van haar atletiekcarrière. Enerzijds wil zij nog wel een jaartje doorgaan, anderzijds heeft zij steeds meer moeite de opofferingen te brengen. Achteraf blijkt Seoel toch een breekpunt. Olyslager "Voor die tijd had ik nog iets om naar toe te werken, iets dat ik nog nooit had meegemaakt. Na de Olympische Spelen was dat voorbij. Ik kreeg ineens moeite met trainen. In de winter kwam ik nauwelijks op gang. Voor het eerst in mijn leven bekroop me het gevoel dat ik van alles miste door de topsport."[3]

Na de Olympische Spelen steekt Marjan Olyslager duidelijk minder tijd in de trainingen. Ze investeert steeds meer tijd in haar werk als systeem-analist en trouwt met Roel Wingbermühle.[4]

Ondanks haar misschien verminderde focus op het atletiek presteerde Olyslager zeer goed in 1989. Op het NK-indoor won ze opnieuw goud en op het EK-indoor in Den Haag werd ze vierde, op het WK-indoor zesde met 7,95. Op dit laatste toernooi verbeterde ze ook nog het Nederlands record en scherpte dit aan tot 7,89!

Ook outdoor was Olyslager nog steeds succesvol. In Villeneuve-d'Ascq liep ze met 12,77 haar twaalfde Nederlandse record. In die wedstrijd versloeg ze onder andere de Amerikaanse kampioene Linda Tolbert en oud-wereldrecordhoudster Ginka Zagortsjeva. Het record zou bijna dertig jaar stand houden en pas op 10 juni 2018 worden verbeterd door Nadine Visser (12,71).

Nadat Olyslager nog voor de veertiende keer beslag legde op de Nederlandse seniorentitel besloot ze een punt te zetten achter haar actieve atletiekcarrière. Zij bleef daarna nog wel actief als trainster. In 1995 werd zij ook nog vakgroepcoördinator sprint/horden bij de KNAU.[5] De gelopen nationale records van Olyslager staan overigens nog steeds!

Persoonlijk

Marjan Olyslager is getrouwd en heeft drie kinderen. Na in de ICT gewerkt te hebben was ze lange tijd consultant talentontwikkeling bij het NOC/NSF. Marjan Olyslager was vier keer chef de mission van de Nederlandse ploeg voor het Europese Jeugd Olympisch Festival. Sinds 2008 is zij managing partner en coach van Synovia Health & Performance in Capelle aan den IJssel. Sinds 2013 is zij ook trainer bij ATR in Rotterdam.

Marjan Olyslager, 1988, Bron: Wikimedia Commons

Marjan Olyslager werd door het NOC/NSF in augustus 2006 aangesteld als Chef de Mission van de Nederlandse atleten op het Europees Jeugd Olympisch Festival (EYOF) en de Koninkrijksspelen. Nadat zij deze taak vier keer in successie had vervuld werd zij hiervoor op 19 november 2013 door NOC/NSF voorzitter Bolhuis onderscheiden met de bronzen erepenning. Zij kreeg deze penning mede voor de grote toewijding waarmee zij haar opdracht vervulde.

Nederlandse kampioenschappen

Outdoor
Onderdeel Jaar
100 m 1989
100 m horden 1981, 1982, 1983, 1985, 1987, 1989
verspringen 1983
Indoor
Onderdeel Jaar
60 m horden 1982, 1983, 1984, 1987, 1988, 1989

Records

Persoonlijke records

Outdoor
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
100 m 11,63 s 9 juli 1989 Hengelo
200 m 23,93 s 23 juli 1983 Vught
100 m horden 12,77 s (NR) 25 juni 1989 Villeneuve-d'Ascq
verspringen 6,17 m 17 juni 1979 Groningen
Indoor
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
60 m 7,56 s 29 januari 1984 Dortmund
50 m horden 6,91 s (NR) 24 januari 1987 Zwolle
60 m horden 7,89 s (NR) 5 maart 1989 Boedapest
verspringen 6,17 m 21 februari 1982 Rotterdam

Nederlandse records

Outdoor
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
100 m horden 13,27 s 24 juni 1983 Parijs
13,26 s 12 augustus 1983 Helsinki
13,20 s 9 juni 1984 Fürth
13,19 s 16 mei 1985 Leiden
13,07 s 29 mei 1985 Aken
13,01 s 7 juli 1985 Zwolle
12,93 s 7 juni 1988 Saint-Denis
12,92 s 14 augustus 1988 Hengelo
12,83 s 19 augustus 1988 Brussel
12,77 s 25 juni 1989 Villeneuve-d'Ascq
Indoor
Onderdeel Prestatie Datum Plaats
50 m horden 6,91 s 24 januari 1987 Zwolle
60 m horden 8,33 s 21 januari 1984 Zwolle
8,21 s 3 maart 1984 Göteborg
8,16 s 7 februari 1987 Den Haag
8,10 s 21 februari 1987 Liévin
8,03 s 21 februari 1987 Liévin
8,00 s 13 februari 1988 Liévin
7,97 s 17 februari 1988 Gent
7,92 s 5 maart 1988 Boedapest
7,89 s 5 maart 1989 Boedapest

Palmares

60 m

  • 1983: 4e NK indoor – 7,71 s
  • 1984: 4e NK indoor – 7,57 s
  • 1987: brons NK indoor – 7,59 s

100 m

  • 1981: brons NK – 11,86 s
  • 1983: brons NK – 12,00 s
  • 1985: zilver NK – 11,74 s
  • 1989: goud NK – 11,63 s

200 m

  • 1981: brons NK – 24,35 s
  • 1982: zilver NK – 23,93 s
  • 1985: zilver NK – 23,53 s

60 m horden

  • 1982: goud NK indoor – 8,47 s
  • 1983: goud NK indoor – 8,44 s
  • 1984: goud NK indoor – 8,29 s
  • 1987: goud NK indoor – 8,16 s (NR)
  • 1987: goud NK indoor – 8,12 s
  • 1987: 5e WK indoor - 8,12 s
  • 1988: zilver EK indoor - 7,92 s
  • 1989: goud NK indoor – 8,11 s
  • 1989: 6e WK indoor - 7,95 s

100 m horden

  • 1981: goud NK – 13,52 s
  • 1982: goud NK – 13,59 s
  • 1982: brons Memorial Van Damme - 13,66 s
  • 1983: goud NK – 13,46 s
  • 1984: DNS NK
  • 1985: goud NK – 12,96 s (+4,68 m/s)
  • 1987: goud Europa Cup B - 13,35 s
  • 1987: goud NK – 13,27 s
  • 1988: zilver NK – 13,34 s
  • 1988: 5e in ½ fin. Olympische Spelen 1988 - 13,08 s
  • 1988: brons IAAF Grand Prix finale - 13,05 s
  • 1988: goud Memorial Van Damme - 12,83 s (NR)
  • 1989: goud Europa Cup C - 13,35 s
  • 1989: goud NK – 13,23 s

verspringen

  • 1982: zilver NK indoor – 6,17 m

4 x 100 m estafette

  • 1988: 5e in ½ fin. OS - 43,48 s

Onderscheidingen

  • KNAU jeugdatlete van het jaar (Fanny Blankers-Koen plaquette) - 1978
  • NOC*NSF erepenning - 2013

Auteur

Wim van Gorsel, 2015, herz. 2021

Bronnen

Literatuur

  • de Atletiekwereld, 1982-1995.

Sites

Overig

Noten

  1. ‘Dit is me nog nooit overkomen’, in: Atletiekwereld nr. 14 (1986)
  2. Bert Paauw, 'Marjan Olijslager niet goed, niet slecht', in: Atletiekwereld nr. 15 (1988)
  3. Gio Lippens,'Marjan Olijslager heeft haar grenzen bereikt',in: Atletiekwereld nr. 15 (1989)
  4. [Henk van der Sluis,'Marjan Olijslager voldoet aan ‘Vergouwen-limiet’, in: Atletiekwereld nr. 4 (1989)]
  5. Léon Haan,"De techniek was mijn sterkste punt", in: Atletiekwereld nr. 11 (1995)