Milieu En MilieuhygiËne

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Milieu En MilieuhygiËne

Het begrip milieu (letterlijk: midden) wordt in het woordenboek van Van Dale omschreven als `Het geheel der uitwendige omstandigheden, die van invloed zijn op het welzijn van de bevolking van een gebied of van de mensheid in het algemeen, zoals de toestand van de atmosfeer, van het water, overheersende geluiden (lawaai)...'. De meest gangbare betekenis is wel 'de omgeving waarin de mens leeft'. Bij de processen voor het instandhouden van het leven en bij het afsterven van levende organismen ontstaan afbraakprodukten, die op den duur weer in het milieu terecht komen. Het proces van ontstaan, groei en afbraak wordt wel de 'kringloop der natuur' genoemd. De figuur geeft dit proces schematisch weer. De kringloop is zelden volledig en soms blijven bijv. dierskeletten en houtige plantedelen lang in onveranderde toestand bewaard, omdat de voor afbraak benodigde zuurstof ze niet kan bereiken. Zo worden o.a. kalkrotsen en steenkool gevormd, in processen die honderdduizenden jaren duren en waardoor energie voor miljoenen jaren in de aarde wordt opgeslagen. De mens heeft zich, vanaf de primitieve gemeenschappen, in de dierenwereld slechts in stand weten te houden door in te grijpen in het natuurlijke systeem. Dit lukte omdat de mens door de hoger ontwikkelde hersenen dan die van de dieren, de mogelijkheid om rechtop te lopen en het gebruik van de handen prestaties kan leveren waartoe dieren niet of nauwelijks in staat zijn. De mens ging een steeds belangrijker plaats in het natuurlijke systeem innemen en doordat zijn overlevingskans voortdurend toenam, groeide het aantal mensen steeds sneller. Na de ontwikkeling van de landbouw ontstonden eenzijdige plantengemeenschappen, die het natuurlijk evenwicht ter plaatse verstoren, omdat steeds dezelfde stoffen aan de grond worden onttrokken. Deze zg. monoculturen trekken parasieten aan die plagen veroorzaken. Na de ontdekking van de kunst vuur te maken, ontstond een grote behoefte aan brandstof, zodat in sommige streken grote oppervlakten werden ontbost. De zon kreeg op de open plekken vrij spel en de grond droogde uit, verwaaide of spoelde weg, een proces dat erosie wordt genoemd. De opkomst van de mechanische en vooral van de chemische industrie verstoorde het natuurlijk evenwicht door het onttrekken van grondstoffen en het toevoegen van te veel afvalstoffen aan de kringloop. Daar door ontstonden de problemen van bodem-, lucht- en waterverontreiniging. Begrippen als thermische en radio-actieve verontreiniging zijn daarvan speciale aspecten. Het besef, dat voortzetting van de grootschalige verstoring van het milieu rampzalig moet worden voor het leven op aarde is vrij recent, sedert enkele decennia, ontstaan. Hoewel het Staatstoezicht op de Volksgezondheid in Nederland reeds van 1865 dateert, begon een systematische aanpak van deze problemen door de overheid pas enkele tientallen jaren geleden. In 1962 werd de Inspectie van de Volksgezondheid voor de hygiëne van het Milieu ingesteld, met een hoofdinspectie en regionale inspecteurs. De inspectiedienst voor Zeeland is gevestigd te Middelburg sedert 1962. In 1971 werd een afzonderlijk Ministerie voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne in gesteld. Zeeland kreeg sedert de grootschalige vestiging van industrieën in het Sloegebied en de kanaalzone en door de belangrijke ontwikkeling van de recreatie in toenemende mate te maken met het probleem van milieuverontreiniging. Het lozen van bepaalde afvalstoffen, die in te grote concentratie schade kunnen toebrengen aan leven de wezens en het milieu, maakte het controleren van lucht-, water- en bodemverontreiniging noodzakelijk. Luchtmonsters worden van overheidswege systematisch genomen te Borssele, Nieuwdorp, Sas van Gent, Sluiskil, Terneuzen, Veere en Vlissingen (het meetpunt te Haamstede werd in 1979 opgeheven). Het water van de Westerschelde wordt geregeld gecontroleerd (zie waterverontreiniging). Kleine gemeenten kregen soms binnen korte tijd te maken met een toename van afvalproducten ten gevolge van een groot aantal verblijfsrecreanten, dat soms het tienvoudige van het inwonertal bedroeg. Geen of onvolledige rioleringsstelsels en het ontbreken van een rioolwaterzuiveringsinstallatie vergrootten de moeilijkheden. De bezorgdheid over de milieuverontreiniging en over het opofferen van natuur en rustgebieden heeft zich tevens geuit in het vormen van particuliere organisaties die zich bezighouden met milieuberscherming. Deze organisaties worden onder natuur-, landschaps- en milieubescherming nader behandeld.


AUTEUR

J.P. Vaane

AFBEELDING

De processen van ontstaan, Broei en afbraak in de natuur schematisch voorgesteld.