Middelburgsche Polder

Middelburgsche Polder

1. Internationale polder; het Nederlandse deel ligt in de gemeente Aardenburg, is sinds 1 januari 1967 opgenomen in het Waterschap Het Vrije van Sluis (opgericht 1942) en behoort tot het hoofdafwateringsgebied Cadzand Kievittepolder); oppervlakte Nederlands deel ca. 45 ha, hoogteligging 0,8 tot 1,3 + N.A.P.; oppervlakte Belgisch deel ca. 193 ha. De scheidingsdijken van het Nederlandse polderdeel zijn grotendeels verdwenen. De polder kwam in 1700 of 1701 tot stand door afdamming van het meest zuidelijke deel van het Lapschuursche Gat. Zijn naam dankt hij aan de Belgische grensplaats Middelburg. Het Nederlandse polderdeel heeft behoord tot de voormalige gemeente Eede. 2. Polder in de gemeente Middelburg; opgenomen in het Waterschap Walcheren (opgericht 1965); oppervlakte ca. 283 ha; hoogteligging 1,0 m tot 2,1 m + N.A.P. De polder behoort tot het bemalingsgebied Ritthem Walcheren, Polder-). In de zuidwesthoek van de polder ligt het dorp Nieuwland Nieuwen St.-Joosland). De polder werd in 1644 door de stad Middelburg bedijkt in het geulenenschorrengebied van Lemmer en Welsinge; in 1645 werd hij tot de ambachtsheerlijkheid Nieuwland verheven. Tot 1872 lag aan de polder het `Stadsveer' naar Arnemuiden. Bij Nieuwland was er een veer naar het Oosthoofd van het toenmalige havenkanaal naar Middelburg. Tot 1818 bleef dit veer gehandhaafd. Het laatste veerhuis was de nog bestaande herberg de `Roode Leeuw'. De polder heeft behoord tot de v.m. gemeente Nieuwen St.-Joosland.

LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen III en IV. Polderdijk en Unger, Middelburgsche polder. G.P. Roos, Woordenboek. Van Empel en Pieters, Zeeland door de eeuwen heen, 316. Van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek.