Fredericuspolder

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Fredericuspolder

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984


Polder in de gemeente Goes; opgenomen in het Waterschap de Brede Watering van Zuid-Beveland (opgericht 1959), thans Waterschap Noord- en Zuid-Beveland; oppervlakte ca. 6 ha. De afwatering geschiedt via het gemaal Oosterland in de 'Oosterlandpolder. De polder kwam in 1649 tot stand op het gebied van de voormalige haven van Oostkerke Wolphaartsdijk). Deze haven was in de 15e eeuw de enige van het eiland Wolphaartsdijk; hij verviel door de bedijking van de Heerenpolder in 1649, waardoor hij van het buitenwater van de Schenge werd afgesloten. Waarschijnlijk was hij toen al lang onbruikbaar wegens opslibbing. De toegang tot de haven was het zgn. Garnalengat. Het zuidoostelijk deel van het dorp Wolphaartsdijk heeft nog lang als Oude Kaai bekend gestaan. De Fredericuspolder werd ook wel Frederikspolder genoemd. De naam is wel afgeleid van het feit dat in de tijd der bedijking onder de ambachtsheren van Wolphaartsdij k jhr. Frederik van Watervliet voorkwam. De polder heeft behoord tot de voormalige gemeente Wolphaartsdijk en was tot 1959 opgenomen in het Waterschap Oud-Wolphaartsdijk Oud-Sabbingepolder). Hij inundeerde bij de ramp van 1 febr. 1953 (watervrij 24 febr. 1953).


AUTEUR

J. Kuipers


LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen III. .P.B. Zuurdeeg, Brede Watering, waterschap Oud-Wolphaartsdijk.