Uiterst Nieuwlandpolder

Uit encyclopedie van zeeland
Versie door Maintenance script (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2014 om 14:24 (Importing text file)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Uiterst Nieuwlandpolder

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

Polder in de gemeente Tholen, opgenomen in het Waterschap Tholen: opp. ca. 396 ha; hoogte gemiddeld 0.4 m + N.A.P.; afwatering via het gemaal de Noord in de Noordpolder. De polder vormt de bedijking van het schorrengebied Stroijck en Ravensoord. In 1416 werd door graaf Albert van Beijeren aan Frank van Borssele octrooi tot bedijking van het gebied gegeven. Dit was de tweede maal dat een dergelijke vergunning werd verleend: de eerste keer was in 1369. Als jaar van bedijking wordt 1443 of 1448 aangehouden. 'Schotbaarheid' van de polder volgde in 1455. Uiterst Nieuwland heeft tot de heerlijkheid van St.-Maartensdijk behoord en inundeerde bij de ramp van 1 februari 1953 (watervrij 15 april 1953). Tot 1959 was de polder opgenomen in het waterschap St.-Maartensdijk.


AUTEUR

J. Kuipers

LITERATUUR

Wilderom, Tussen afsluitdammen II.