Ganzenbloem

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Ganzebloem
Bestand:.jpg
, bron: Wikimedia

GANZEBLOEM (Chrysanthemum). Plantengeslacht behorend tot de familie der Composieten, waarvan in Zeeland in het wild slechts één soort algemeen voorkomt: de margriet (C. leucánthemum; streeknamen: koeieooge, kalfsooge, grote koeieblomme, kal‘ ersblomme, dolle `oudsblomme). Kenmerkend is de grote bloeiwijze met gele buisen witte straalbloemen. De plant kwam vroeger algemeen voor in vele Zeeuwse graslanden maar is door intensivering van het grondgebruik thans op de meeste plaatsen verdwenen. Op dijk hellingen en hier en daar in wegbermen komt zij echter nog regelmatig voor. Een minder algemene soort van dit geslacht is de gele ganzebloem (C. ségetum). Deze soort heeft een geheel gele bloeiwijze en enigszins blauwgroene bladeren, maar lijkt verder wel op de margriet. De gele ganzebloem is een plaatselijk voorkomend akkeronkruid op zandgrond. Uit Zeeland zijn van deze soort enkele vindplaatsen bekend.

Auteur

-A.M.M. van Haperen