Mastgat

Water tussen Duiveland in het noordwesten en Tholen en de Krabbenkreek in het zuidoosten; het vormt de verbinding tussen Keeten en Zijpe en dankt zijn naam aan een (volgens de kroniek van Smallegange) aldaar gezonken kaag (1671), waarvan de mast lange tijd zichtbaar bleef. De mast fungeerde als baken voor de scheepvaart. Voor 1671 werd het Mastgat tot het Keeten gerekend.
Het Mastgat is onderdeel van het Natura 2000-gebied Oosterschelde en ook van het Nationaal Park Oosterschelde. Langs de zeedijk van het eiland Schouwen-Duiveland liggen de Slikken van Viane. Deze uitgestrekte slibgronden liggen bij hoogwater onder water. Er groeien Zeeuwse zeegroenten zoals zeekraal en zeeaster lokaal bekend als lamsoren. De slikken en schorren zijn niet toegankelijk, maar er mag wel over gevaren worden.
Auteur
J. Kuipers en W. van Gorsel (2025)
Literatuur
- Wilderom, Tussen afsluitdammen II.
- Van Empel en Pieters, Zeeland door de eeuwen heen.
- Van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek.
- A.A. Beekman, De wateren.
- Schönfeld, Nederlandse waternamen.