Marie Agatha Boddaert

Marie Agatha Boddaert
Portret van Marie Agatha Boddaert, ca. 1890, foto, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 146918
Geboren	6 februari 1844 Middelburg
Overleden	12 april 1914 's-Gravenhage
Beroep	schrijfster
VIAF	Marie Agatha Boddaert

Jeugd en huwelijk

Marie Agatha Boddaert werd geboren als een van de tien kinderen van de jurist Jacques Phoenix Boddaert (1811-1885) en zijn eerste vrouw Anna Petronella barones van Heeckeren van Brandsenburg (1818-1860); daarmee werd zij ook jonkvrouw. Op 23 november 1870 trouwde ze in Middelburg met Rudolph Enno Hillegondus Muntz Gelderman (1846-1877). Na de dood van haar echtgenoot verhuisde zij naar Den Haag. Ook woonde ze enkele jaren in Montreux (1892-1896) en Zürich (1906-1911).

Werk als schrijfster

Marie Agatha begon pas te publiceren nadat zij weduwe was geworden, aanvankelijk in tijdschriften als Nederland, De Gids, De Nederlandse spectator, Androcles, Weekblad voor Muziek, de Vlaamse school en Zingende Vogels. Boddaert maakte naam met de bundels Aquarellen (1887) en Serena (1898); enkele gedichten daaruit zijn een halve eeuw lang in allerlei bloemlezingen opgenomen. Na haar dood verscheen nog de bundel Naar lichte hoogten (1916). Ook schreef ze de roman Sturmfels (1889) en een aantal jeugdboeken, waarvan Roswitha (1909), Prins Almanzor's Makker (1911) en De schipper van de Jacomina (1913) de bekendste zijn; het laatste boek speelt op Walcheren in de Franse tijd. Onder het pseudoniem Rudolf Curtius publiceerde zij de roman Buiten de wet (1890). Richard Hol componeerde twee opera's op door haar geschreven teksten: Uit de branding (1889) en Floris V (1892).

Idealen en invloed

Net als haar vriendin Caroline Kerkhoven behoorde Boddaert tot de aanhangers van het humanitarisme. Onder het humanitarisme werd naast medelijden met alle levende wezens de vredesbeweging, vegetarisme, drankbestrijding, een rein levenswijze, dierenbescherming en anti-vivisectie gerekend. Zij ondervond weinig waardering van critici als Willem Kloos en Albert Verwey en pas na haar dood werden haar gedichten meer gewaardeerd

Bibliografie

Onder eigen naam

• Aquarellen ('s-Gravenhage, 1887)
• Sturmfels (1889)
• Serena (Utrecht, 1898)
• Roswitha, verhaal uit de dertiende eeuw (Alkmaar, 1909)
• Prins Almanzor's Makker (1911)
• De schipper van de Jacomina (Alkmaar, 1913)
• Frans en het geheim. Een verhaal uit den laatsten tijd der Franschen overheersing (Alkmaar, 1913)
• Jong leven (Rotterdam: 1900)
• Op Wendehuis (Alkmaar, 1913)
• Naar het tooverslot van de witte vrouw (Amsterdam, 1913)

Gedichten en verzen

• Aan zee ((S.l.), 1890)
• Naar lichte hoogten. Nagelaten verzen (Utrecht, 1916)

Handschriften

• Brief van Marie Agatha Boddaert (1844-1914) aan Frederik Nagtglas (1821-1902) ((S.l.), 1887)

Onder pseudoniem Rudolf Curtius

• Buiten de wete (1890)

Tekst Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

?, herz. J. Francke, 2015

Bronnen

Literatuur

• M.A. Boddaert, Marie Boddaert over Marie Boddaert

• Marlijne Hemelaar, Een levend boek zonder eind : met het oog op Marie Boddaert (1844-1914) (Leiden, 1991).

• Snellen, Levensberichten.

• G.G. Trimpe-Burger,'De Zeeuwse schrijfster Marie Boddaert, 1844-1914', in: Zeeuws Tijdschrift 32/4 (182) 120-126.