OVET: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Wimg (overleg | bijdragen)
Wimg (overleg | bijdragen)
Regel 17: Regel 17:


==Terminals Vlissingen en Terneuzen==
==Terminals Vlissingen en Terneuzen==
OVET heeft terminals in Vlissingen en Terneuzen.
De terminal Kaloothaven te Vlissingen kan schepen aan tot 180.000 ton. De afmetingen van de schepen zijn maximaal 310 meter lang en een diepgang van 16,5 meter. De terminal heeft een opslagcapaciteit van 1,5 miljoen ton steenkool en cokes.
De drijvende kranen kunnen ook worden ingezet voor het lichten van schepen op de Westerschelde. Ook hier is de maximale diepgang 16,5 meter.
De terminal in Terneuzen heeft een opslagcapaciteit van 600.000 ton. De terminal ligt achter het sluizencomplex Terneuzen langs het kanaal Gent-Terneuzen. Schepen met een maximale lengte van 265 meter en 34 meter breed kunnen af- en aanmeren. De toegestane diepgang is maximaal 12,5 meter. Schepen met een draagvermogen tot 90.000 ton kunnen worden verwerkt. De terminal verwerkt petroleumcokes, antraciet en cokes. Petroleumcokes is een bijproduct van de olie-industrie en wordt voornamelijk vanuit Noord- en Zuid-Amerika aangevoerd.


== Auteur ==
== Auteur ==

Versie van 3 jan 2018 11:17

OVET

OVET (Overslagbedrijf Terneuzen) is een groot overslagbedrijf met vestigingen in Terneuzen en Vlissingen. OVET telt ongeveer 100 werknemers. (LATER MEER).

Ovet in Terneuzen, foto: Website Ovet

Geschiedenis van het bedrijf

Het begin

De geschiedenis van OVET in Terneuzen gaat terug tot 1957. Het Franse stuwadoorsbedrijf Manufrance opende in dat jaar een lokaal overslagbedrijf vooral ten bate van grote klant: [de cokesfabriek in Sluiskil]. Deze op de productie van voor de hoogovens van Franse staalbedrijvencokes gerichte fabriek werd vooral in Terneuzen gebouwd vanwege de goede ligging ten opzichte van Engeland en het Ruhrgebied, waar de kolen vandaan kwamen. Ook de ligging aan diep vaarwater was een positieve factor van belang. Het prijsverschil tussen aanvoer van kolen via Rotterdam of direct via Terneuzen was uiteindelijk de voornaamste reden om te kiezen voor Terneuzen. De opening van het bedrijf vond plaats op 2 mei 1957. De leiding van het bedrijf was in handen van directeur Y.H.M. Simenel. Naast hemzelf begon het bedrijf met zeven werknemers.

Drijvende kranen

OVET koos voor drijvende kranen om naast overslag via de wal ook schepen op stroom te kunnen lichten. Het bedrijf had succes en kreeg steeds meer opdrachten. De hijscapaciteit van de eerste drijfkraan bedroeg 6 ton. Dit werd langzaam meer tot 25 ton. De nieuwste kraan werd in gebruik genomen in 2007. Deze had een capaciteit van 36 ton.

Van de jaarlijks 500.000 ton overslag in het begin groeide het bedrijf naar 10 miljoen ton, het twintigvoudige. OVET heeft op dit moment terminals in Vlissingen en Terneuzen. Er werken ruim 100 werknemers.

Terminals Vlissingen en Terneuzen

OVET heeft terminals in Vlissingen en Terneuzen.

De terminal Kaloothaven te Vlissingen kan schepen aan tot 180.000 ton. De afmetingen van de schepen zijn maximaal 310 meter lang en een diepgang van 16,5 meter. De terminal heeft een opslagcapaciteit van 1,5 miljoen ton steenkool en cokes. De drijvende kranen kunnen ook worden ingezet voor het lichten van schepen op de Westerschelde. Ook hier is de maximale diepgang 16,5 meter.

De terminal in Terneuzen heeft een opslagcapaciteit van 600.000 ton. De terminal ligt achter het sluizencomplex Terneuzen langs het kanaal Gent-Terneuzen. Schepen met een maximale lengte van 265 meter en 34 meter breed kunnen af- en aanmeren. De toegestane diepgang is maximaal 12,5 meter. Schepen met een draagvermogen tot 90.000 ton kunnen worden verwerkt. De terminal verwerkt petroleumcokes, antraciet en cokes. Petroleumcokes is een bijproduct van de olie-industrie en wordt voornamelijk vanuit Noord- en Zuid-Amerika aangevoerd.

Auteur

W. van Gorsel, 2017

Bronnen

Sites

Noten