Jacques le Breton: verschil tussen versies
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
kGeen bewerkingssamenvatting |
Geen bewerkingssamenvatting |
||
| Regel 11: | Regel 11: | ||
}} | }} | ||
== Biografie == | == Biografie == | ||
Fransman van geboorte. Voer gedurende de Vierde Engelse oorlog als kaperkapitein vanuit Zierikzee op het schip de Goede Verwachting van de firma Heshuijsen & De Jonge. Le Breton startte in juni 1782 succesvol door enkele Engelse prijzen buit te nemen, maar zag het grote prijsschip Walther weer hernomen worden door de Engelse marine. Enkele maanden later werd Le Breton vervangen door J.W. Sextroh, die het commando over het kaperschip zou voeren tot aan de wapenstilstand in 1783. | Fransman van geboorte. Voer gedurende de Vierde Engelse oorlog als kaperkapitein vanuit Zierikzee op het schip de Goede Verwachting van de firma [[Heshuijsen & De Jonge]]. Le Breton startte in juni 1782 succesvol door enkele Engelse prijzen buit te nemen, maar zag het grote prijsschip Walther weer hernomen worden door de Engelse marine. Enkele maanden later werd Le Breton vervangen door J.W. Sextroh, die het commando over het kaperschip zou voeren tot aan de wapenstilstand in 1783. | ||
== Auteur == | == Auteur == | ||
Versie van 12 jan 2017 15:00
| Jacques le Breton | |
|---|---|
 Het schip de Goede Verwagting (hier onder commando van J.W. Sextroh) waarop Le Breton het bevel voerde, | |
| Geboren | 17?? |
| Overleden | 18?? |
| Beroep | kaperkapitein |
| VIAF | [1] |
Biografie
Fransman van geboorte. Voer gedurende de Vierde Engelse oorlog als kaperkapitein vanuit Zierikzee op het schip de Goede Verwachting van de firma Heshuijsen & De Jonge. Le Breton startte in juni 1782 succesvol door enkele Engelse prijzen buit te nemen, maar zag het grote prijsschip Walther weer hernomen worden door de Engelse marine. Enkele maanden later werd Le Breton vervangen door J.W. Sextroh, die het commando over het kaperschip zou voeren tot aan de wapenstilstand in 1783.
Auteur
-F.C. van Oosten, herz. Johan Francke (2012).
Literatuur
-J.C. de Jonge, Nederlandsche zeewezen IV, 158.