Pierre le Turcq: verschil tussen versies

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Johan Francke (overleg | bijdragen)
k Johan Francke heeft pagina Pierre le Turq hernoemd naar Pierre le Turcq
Johan Francke (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(16 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 4: Regel 4:
| onderschrift = Pierre le Turcq, Collectie Gemeentearchief Vlissingen, 342.
| onderschrift = Pierre le Turcq, Collectie Gemeentearchief Vlissingen, 342.
| geboortedatum = circa [[1755]]
| geboortedatum = circa [[1755]]
| geboorteplaats = Frankrijk
| geboorteplaats = Nantes
| overlijdensdatum = circa [[179.]]-[[18..]]
| overlijdensdatum = circa [[1786]]
| overlijdensplaats = ?
| overlijdensplaats = ?
| beroep = kaperkapitein, visser en smokkelaar
| beroep = kaperkapitein, visser en smokkelaar
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/282163181 G. du Plessis]
| VIAF = [http://viaf.org/viaf/282163181 G. du Plessis]
}}
}}
Kaperkapitein. Pierre le Turcq is het pseudoniem van de kaperkapitein Ghyslain du Plessis. Van Franse ouders afstammend groeide hij op in Vlissingen en was een neef van de kaperkapitein [[Nicolaas Jarry]] (zie aldaar). Na een carrière in de visserij en smokkelvaart nam hij (waarschijnlijk via Frankrijk) dienst op het kaperschip van de beroemde Amerikaan John Paul Jones.
==Biografie==
Kaperkapitein. Pierre le Turcq is het pseudoniem van de kaperkapitein Ghyslain du Plessis. Van Franse ouders afstammend werd hij geboren te Nantes, maar groeide hij op in Vlissingen<ref>Francke, 'Al die willen te kaap'ren varen', 163</ref> en was aangetrouwde familie van de kaperkapitein [[Nicolaas Jarry]], via een huwelijk van zijn zus met diens zoon. Na een carrière in de visserij en smokkelvaart nam hij (waarschijnlijk via Frankrijk) dienst op het Amerikaanse kaperschip van [[John Paul Jones]].


== Carrière ==
== Carrière en kruistochten in 1781-1782 ==
[[Bestand:Turcq_in_actie_7_februari_1782_GAV_575.png|thumb|300px|left|De Vlissingse kaperkapitein Pierre le Turq sleept een veroverde sloep weg (7 februari 1782). Kopergravure van H. Roosing, Collectie Gemeentearchief Vlissingen, 575.]]
[[Bestand:Turcq_in_actie_7_februari_1782_GAV_575.png|thumb|300px|left|De Vlissingse kaperkapitein Pierre le Turq sleept een veroverde sloep weg (7 februari 1782). Kopergravure van H. Roosing, Collectie Gemeentearchief Vlissingen, 575.]]
Reeds in het begin van de Vierde Engelse oorlog (20 dec. 1780- 20 mei 1784) werd de koopvaardijvloot van de Republiek zoveel schade toegebracht, dat op 12 januari 1781 door de Staten-Generaal een plakkaat werd uitgevaardigd, waarbij de 'vrije neering' werd geregeld. Dit bedrijf bloeide vooral in Zeeland en in het bijzonder te Vlissingen bij reders als Jan Nortier. Le Turq heeft vooral naam gemaakt met ''De Vlissinger'', een kotter. Zijn eerste schip, ''De Jager'', een sloep, verloor hij reeds na enige dagen toen hij vier kleine schepen onder de Engelse kust inrekende. In het najaar van 1781 veroverde hij een door de Engelsen op de Fransen buitgemaakte Oost-Indiëvaarder, ''l’Amitié Royale'', bemand met 60 matrozen en 110 soldaten, terwijl ''De Vlissinger'' slechts 55 koppen telde. Weliswaar verloor hij door een zware storm het schip, waarvan de waarde op 2 ton gouds werd geschat, maar hij keerde met verscheidene andere prijzen te Vlissingen terug. In februari 1782 bracht hij, door zes vijandelijke fregatten belaagd, een onder Dover genomen brik en sloep Cherbourg binnen. Zijn populariteit werd nog groter toen hij op 2 maart in een gevecht verwikkeld raakte met vier zwaar bewapende loggers, er vermoedelijk één tot zinken bracht en de andere dwong terug te trekken, om vervolgens verscheidene schepen te nemen. Op 7 maart raakte hij echter slaags met een Engelse kotter, kreeg het zwaar te verduren, doch had het geluk de giek van de tegenstander te raken en 10 dagen later als een held te Vlissingen binnengehaald te worden; hij had zijn reders dan ook een voordeel van meer dan 3 ton gouds bezorgd. Na drie maanden voer hij met een nieuw schip, ''de Zeeuw'', uit doch de vijand was nu waakzamer; na vier dagen op zee werd hij aangevallen en moest zich overgeven. Na hersteld te zijn van ernstige verwondingen wist hij uit Engelse krijgsgevangenschap te ontkomen. In september keerde hij te Vlissingen terug; hoewel hem een nieuw schip werd toegezegd, is hij niet meer uitgevaren. Zijn tochten worden verhaald in: ''Beknopte beschrijving der beruchte kruistogten van den onverschrokken en beroemden zeeheld Pierre le Turcq met het kaperschip 'De Vlissinger', gedurende den oorlog met de Engelschen in de jaren 1781 en 1782'' (Rotterdam 1784).
Reeds in het begin van de Vierde Engelse oorlog (20 dec. 1780- 20 mei 1784) werd de koopvaardijvloot van de Republiek zoveel schade toegebracht, dat op 12 januari 1781 door de Staten-Generaal een plakkaat werd uitgevaardigd, waarbij de 'vrije neering' werd geregeld. Dit bedrijf bloeide vooral in Zeeland en in het bijzonder te Vlissingen bij reders als Jan Nortier. Le Turq heeft vooral naam gemaakt met ''De Vlissinger'', een kotter. Zijn eerste schip, ''De Jager'', een sloep, verloor hij reeds na enige dagen toen hij vier kleine schepen onder de Engelse kust inrekende. In het najaar van 1781 veroverde hij een door de Engelsen op de Fransen buitgemaakte Oost-Indiëvaarder, ''l’Amitié Royale'', bemand met 60 matrozen en 110 soldaten, terwijl ''De Vlissinger'' slechts 55 koppen telde. Weliswaar verloor hij door een zware storm het schip, waarvan de waarde op 2 ton gouds werd geschat, maar hij keerde met verscheidene andere prijzen te Vlissingen terug. In februari 1782 bracht hij, door zes vijandelijke fregatten belaagd, een onder Dover genomen brik en sloep Cherbourg binnen. Zijn populariteit werd nog groter toen hij op 2 maart in een gevecht verwikkeld raakte met vier zwaar bewapende loggers, er vermoedelijk één tot zinken bracht en de andere dwong terug te trekken, om vervolgens verscheidene schepen te nemen. Op 7 maart raakte hij echter slaags met een Engelse kotter, kreeg het zwaar te verduren, doch had het geluk de giek van de tegenstander te raken en tien dagen later als een held te Vlissingen binnengehaald te worden; hij had zijn reders dan ook een voordeel van meer dan drie ton gouds bezorgd.
 
== Laatste kruistocht ==
Op 15 juni 1782 voer hij met de nagelnieuwe kaperbrik ''de Zeeuw'' uit, maar de vijand wachtte hem nu op; na vijf dagen op zee werd hij nabij Portland aangevallen door ''HMS Defiance'' en moest zich overgeven. Na hersteld te zijn van ernstige verwondingen (zijn kaakbeen werd compleet verbrijzeld) wist hij uit Engelse krijgsgevangenschap te ontkomen. Onduidelijk is of hij ontsnapte of uitgeruild werd, het laatste is waarschijnlijker. In september keerde hij te Vlissingen terug; hoewel hem een nieuw schip werd toegezegd, is hij niet meer uitgevaren. Zijn tochten worden verhaald in: ''Beknopte beschrijving der beruchte kruistogten van den onverschrokken en beroemden zeeheld Pierre le Turcq met het kaperschip 'De Vlissinger', gedurende den oorlog met de Engelschen in de jaren 1781 en 1782'' (Rotterdam 1784).
Le Turcq wist in totaal negen schepen buit te maken en er 22 te rantsoeneren. Aan opbrengst is 169.228 gulden bekend, maar waarschijnlijk wist de kapitein voor een waarde van circa 317.000 gulden buit te maken.<ref>Ibidem, 168</ref>


== Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984 ==
== Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984 ==
Regel 27: Regel 32:
*[http://www.krantenbankzeeland.nl Krantenbank Zeeland, ''PZC'', 5 augustus 1997, 25-26.]
*[http://www.krantenbankzeeland.nl Krantenbank Zeeland, ''PZC'', 5 augustus 1997, 25-26.]
*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheken.nl/?itemid=|library/vubissmart-zeeland|256346 F. Nagtglas, ''Levensberichten van Zeeuwen zijnde een vervolg op P. de la Rue, Geletterd, staatkundig en heldhaftig Zeeland'' (Middelburg, 1888-1893).]
*[http://zoeken.zeeuwsebibliotheken.nl/?itemid=|library/vubissmart-zeeland|256346 F. Nagtglas, ''Levensberichten van Zeeuwen zijnde een vervolg op P. de la Rue, Geletterd, staatkundig en heldhaftig Zeeland'' (Middelburg, 1888-1893).]
*[https://iguana.zebi.nl/iguana/www.main.cls?surl=catalogus#recordid=420959386&Index=Indexppn Johan Francke, ''Al die willen te kaap'ren varen. De Nederlandse commissievaart tijdens de Vierde Engelse Oorlog, 1780-1784'' (Zutphen, 2019).]


== Noten ==
<references/>
[[category:Zeeuwen]]
[[category:Zeeuwen]]
[[category:persoon]]
[[category:persoon]]
[[category:Maritiem]]
[[category:Maritiem]]
{{DEFAULTSORT: Turq, Pierre le}}
{{DEFAULTSORT: Turcq, Pierre le}}

Huidige versie van 1 nov 2023 om 18:54

Pierre le Turcq

Pierre le Turcq, Collectie Gemeentearchief Vlissingen, 342.
Geboren circa 1755 Nantes
Overleden circa 1786 ?
Beroep kaperkapitein, visser en smokkelaar
VIAF G. du Plessis

Biografie

Kaperkapitein. Pierre le Turcq is het pseudoniem van de kaperkapitein Ghyslain du Plessis. Van Franse ouders afstammend werd hij geboren te Nantes, maar groeide hij op in Vlissingen[1] en was aangetrouwde familie van de kaperkapitein Nicolaas Jarry, via een huwelijk van zijn zus met diens zoon. Na een carrière in de visserij en smokkelvaart nam hij (waarschijnlijk via Frankrijk) dienst op het Amerikaanse kaperschip van John Paul Jones.

Carrière en kruistochten in 1781-1782

De Vlissingse kaperkapitein Pierre le Turq sleept een veroverde sloep weg (7 februari 1782). Kopergravure van H. Roosing, Collectie Gemeentearchief Vlissingen, 575.

Reeds in het begin van de Vierde Engelse oorlog (20 dec. 1780- 20 mei 1784) werd de koopvaardijvloot van de Republiek zoveel schade toegebracht, dat op 12 januari 1781 door de Staten-Generaal een plakkaat werd uitgevaardigd, waarbij de 'vrije neering' werd geregeld. Dit bedrijf bloeide vooral in Zeeland en in het bijzonder te Vlissingen bij reders als Jan Nortier. Le Turq heeft vooral naam gemaakt met De Vlissinger, een kotter. Zijn eerste schip, De Jager, een sloep, verloor hij reeds na enige dagen toen hij vier kleine schepen onder de Engelse kust inrekende. In het najaar van 1781 veroverde hij een door de Engelsen op de Fransen buitgemaakte Oost-Indiëvaarder, l’Amitié Royale, bemand met 60 matrozen en 110 soldaten, terwijl De Vlissinger slechts 55 koppen telde. Weliswaar verloor hij door een zware storm het schip, waarvan de waarde op 2 ton gouds werd geschat, maar hij keerde met verscheidene andere prijzen te Vlissingen terug. In februari 1782 bracht hij, door zes vijandelijke fregatten belaagd, een onder Dover genomen brik en sloep Cherbourg binnen. Zijn populariteit werd nog groter toen hij op 2 maart in een gevecht verwikkeld raakte met vier zwaar bewapende loggers, er vermoedelijk één tot zinken bracht en de andere dwong terug te trekken, om vervolgens verscheidene schepen te nemen. Op 7 maart raakte hij echter slaags met een Engelse kotter, kreeg het zwaar te verduren, doch had het geluk de giek van de tegenstander te raken en tien dagen later als een held te Vlissingen binnengehaald te worden; hij had zijn reders dan ook een voordeel van meer dan drie ton gouds bezorgd.

Laatste kruistocht

Op 15 juni 1782 voer hij met de nagelnieuwe kaperbrik de Zeeuw uit, maar de vijand wachtte hem nu op; na vijf dagen op zee werd hij nabij Portland aangevallen door HMS Defiance en moest zich overgeven. Na hersteld te zijn van ernstige verwondingen (zijn kaakbeen werd compleet verbrijzeld) wist hij uit Engelse krijgsgevangenschap te ontkomen. Onduidelijk is of hij ontsnapte of uitgeruild werd, het laatste is waarschijnlijker. In september keerde hij te Vlissingen terug; hoewel hem een nieuw schip werd toegezegd, is hij niet meer uitgevaren. Zijn tochten worden verhaald in: Beknopte beschrijving der beruchte kruistogten van den onverschrokken en beroemden zeeheld Pierre le Turcq met het kaperschip 'De Vlissinger', gedurende den oorlog met de Engelschen in de jaren 1781 en 1782 (Rotterdam 1784). Le Turcq wist in totaal negen schepen buit te maken en er 22 te rantsoeneren. Aan opbrengst is 169.228 gulden bekend, maar waarschijnlijk wist de kapitein voor een waarde van circa 317.000 gulden buit te maken.[2]

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

-L. Hageman, herzien J. Francke, 2013

Literatuur

Noten

  1. Francke, 'Al die willen te kaap'ren varen', 163
  2. Ibidem, 168