Wulp

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Wulp (numénius Arquáta)

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984


Schaarse broedvogel van de duinen van Schouwen (10-15 paar). Talrijke doortrekker, zomergast en wintergast, vooral op de slikken van de zeearmen, maar ook binnendijks op grasland en bouwland. De regenwulp (N. phaéopus) kleiner dan de wulp, is een regelmatige doortrekker van half april tot half mei en van half juli tot in oktober, zowel op de zeearmen als binnen dijks. De dunbekwulp (N. tenuiróstris) is een zeldzame dwaalgast.


AUTEUR

K.F. Vaas, herschr. P.L. Meininger