Wilhelm van Citters (2)
Citters, Wilhelm Van (2) |
---|
(Middelburg 25 mei 1723 - Middelburg 17 aug. 1802). Magistraat. Studeerde rechten te Leiden, waar hij 1 aug. 1744 promoveerde op een dissertatie: De injusto, rupto, irrito facto testamento. Hij vestigde zich te Middelburg, waar hij in 1750 werd benoemd tot pensionaris. In 1757 werd hij benoemd tot secretaris van de Staten van Zeeland, vervolgens werd hij in 1763 benoemd tot Raadpensionaris van het gewest. Na het overlijden van Jan van Borssele in 1764 werd hij gekozen tot diens opvolger als vertegenwoordiger van Willem V als Eerste Edele van Zeeland; bij het bereiken van de meerderjarigheid van de Stadhouder werd hij hierin bevestigd (1766). In 1767 deed hij afstand van de waardigheid. Na deelname aan de onderhandelingen te Brussel in 1772 en na door Zeeland voorgedragen te zijn als gezant naar Londen (1783) trad hij in dienst van Willem V als diens geheimsecretaris, wat later gevolgd werd door zijn benoeming tot Ontvanger Generaal van de Unie. Door de omwenteling van 1795 geraakte hij ambteloos.
AUTEUR
L. Hageman
LITERATUUR
Van der Aa, Biographisch woordenboek. Nagtglas, Levensberichten.