Samuel de Swaef/EvZ1982-1984
(Middelburg ged. 22 juni 1597 - Middelburg 5 jan. 1662). Was te Middelburg schoolmeester, later te Bergen op Zoom (in een lofdicht aan dr. Pascasius Turq, arts en burgemeester aldaar, noemt hij zich 'scholae gallo-belgicae praeceptor', 1627). Tevens was hij schoonschrijver, plaatsnijder en drukker. Hij publiceerde een aantal kalligrafische werken: het Specimen artis scriptoriae d.i. Proefstuk van de schrijfkonst (Middelburg 1619), waarachter het door hem vertaalde Tractaet Plutarchi over de opvoedinghe der kinderen (Middelburg 1619) en de Beque der schrijfkonste geinventeerd door Abraham van Overbeque, schoolmeester der stad Domburg (Middelburg 1620). In samenwerking met zijn collega Henri Lancet (van Zierikzee, poorter geworden te Middelburg op 18 febr. 1614) gaf hij uit de geheel met schrijfletters gedrukte en met pentekeningen versierde: Gedichten van verscheydene poëten, geschreven door eenige liefhebbers der penne. Bijeenvergaard, gesneden en uitgegeven door Samuel de Swaef en Henri Lancet (z.j. en z.pl., 1627). De gedichten zijn vnl. van Cats, Hofferus, Scotte en Johannes de Swaef; de 'liefhebbers der penne' zijn F. van Sambix, J. Overbeke, T. Schrip, H. Cole, H. Lancel, P. Roelands en J. Coutreels.