Rammekens, Fort/EvZ1982-1984
Rammekens, Fort |
---|
Verdedigingswerk ten oosten van Vlissingen, van waaruit de Schelde en het Sloe konden worden bewaakt. Spaanse aanleg. Een in de jaren 1547-1557 op last van Maria van Hongarije gebouwd fort ter plaatse van het kasteel Zeeburg of Rammekens in de zuidoosthoek van de Zuid-watering. Ontwerp van Donati de Boni, ingenieur in Spaanse dienst. De bouwkosten bedroegen £ 64232-2-4. Het fort had de vorm van een symmetrische vierhoek met een in de schorren uitgebouwd heel bastion en twee, op de dijken naar de landzijde uit springende, halve bolwerken. Als bouwmateriaal diende natuur- en baksteen. De muurdikte varieerde van 1,8 tot 4,5 m. De bastions waren overkelderd; het hele bolwerk had in de flanken schietgaten, die de buitenmuren konden bestrijken en een schietgat in de saillant. In de halve bastions oreillons in de teruggetrokken flank, met geschutsopstellingen voor twee stukken. In de, naar de rivier gekeerde courtines, waren eveneens geschutsopeningen uitgespaard. Het fort was aan de landzijde omgracht. Op het kerkplein (afmeting ca. 60 x 60 m) stonden de kerk, kazernes, commandeurs woning enz. die vrij hoog boven de wallen uitstaken. Aan de noordzijde een poort (één van de eerste toepassingen van de renaissancestijl in Nederland) met het jaartal 1547. Het fort kwam in 1573 in Staatsbezit. Van 1585 tot 1616 hebben de Engelsen het in pand bezeten. Na de Vrede van Munster werd het werk verwaarloosd en deed het dienst als hospitaal, gevangenis. Franse aanleg. Na de overname door de Fransen in 1795 werden enkele kleine verbeteringen aangebracht. Op 3 augustus 1809 ging het fort aan de Engelsen over. Na hun vertrek werd Rammekens ingrijpend door de Fransen gewijzigd; met behoud van het oude fort werden de courtines aan de rivierzijde ca. 100 m verlengd met aarden wallen. Aan de Scheldezijde werd een halve, aan de Sloezijde een heel bastion opgeworpen. Deze bastions werden door een wal verbonden met een heel bastion in het midden. Aan de landzijde werd een gracht gegraven. Ook het oude fort werd verbeterd; de op het binnenplein staande gebouwen werden afgebroken en de courtines werden verbreed tot brede aarden walgangen. Bij K.B. van 1867 werd het fort Rammekens als vesting opgeheven. Het toezicht en onderhoud van het fort en het omringende natuurgebied berusten thans bij het Staatsbosbeheer. Een paar lokalen in het bouwwerk zijn ingericht voor voorlichting aan excursies over de geschiedenis van het fort en de op het terrein voor komende flora en fauna. Bij de dijkverzwaring in het kader van de Deltawerken is een groot gedeelte van de aarden wal buiten het stenen gebouw in de nieuwe dijk opgenomen.
AUTEUR
C.A. de Bruyn
LITERATUUR
Kuiper, Fort Rammekens. B.J. de Mey, Ritthem, 142. Ermerins, Kasteel van Rammekens. Zelandia Illustrata, 644. A. de Bruin, Rammekens, 195-196. Tegenwoordige Staat X, 232-233. Van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek. Bachiene, Vaderlandsche geographie, 889. De la Rue, Het fort Rammekens. B.J. de Mey, Geschiedenis van Rammekens. L. van Wallenburg, Het fort Rammekens.
AFBEELDING
Rammekens, zoals het er omstreeks 1660 bij lag. Zeeschepen groeten een fort waarvan de muren deerlijk door de zee zijn aangetast. De gebouwen op de binnenplaats, een kerk, manschapsver-blijven, voorraadschuren en een commandeurswoning werden in de Franse tijd afgebroken. Na de inundaties van 1944 ontstonden rondom Rammekens kreken, die later in een natuurreservaat werden opgenomen.