Nieuwerkerke

Uit Wiki ZB
Ga naar: navigatie, zoeken
Nieuwerkerke (Nierkercke, Schutje, Nieuwerkerk, Groede-Oost, Nova Ecclesia, Nieuwkerk)

Nieuwerkerke, buurtschap Middenschouwen

(Nierkercke, Schutje). Buurtschap binnen de nieuwe gemeente Middenschouwen; vroeger een dorp, parochie en oude heerlijkheid (580 ha) in het Zuider-Vierendeel van Schouwen, binnen de voormalige gemeente Kerkwerve.

Wapen Dit komt voor op de kaart van Schouwen van 1540 (met geheelgouden degen) en bij Smallegange in 1696 (met kransen in plaats van gespen); het werd op 31 juli 1817 voor de gemeente bevestigd. Geschiedenis: Als parochie staat Nieuwerkerke voor het eerst vermeld in een acte van 5 februari 1298. De kerk, die aan Sint-Pieter was gewijd, was waarschijnlijk een dochter van Kerkwerve. In deze kerk was een vicarie gesticht ter ere van de H. Maagd. Na de Reformatie werd Nieuwerkerke, tezamen met Kerkwerve, verenigd met Noordgouwe. Sedert 1625 vormden Nieuwerkerke en Kerkwerve samen een gemeente. In de 18e eeuw is de kerk afgebroken. In april-mei 1951 zijn in het reeds lang gesloten kerkhof opgravingen verricht door de afdeling Antropologie van het Anatomisch Instituut te Utrecht en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek te Amersfoort (zie antropologie). De begraafplaats is nu een beschermd cultuurmonument.


Nieuwerkerk, verdwenen dorp te Arnemuiden

(Nieuwerkerk). Verdwenen dorp in de vroegere heerlijkheid van die naam; nu in de gemeente Arnemuiden. Het kerkdorp is in de 14e eeuw of iets vroeger gesticht, als parochie afgescheiden van Kleverskerke. De kerk, gewijd aan St. Jan Baptist, werd hoofdkerk van Arnemuiden. Deze St .-Jans kerk is na de Reformatie verdwenen; de plaats waar ze gestaan heeft, staat bekend als het 'oud kerkhof'. Overblijfselen van de kerk hebben in 1593 nog gediend tot verzwaring van het zeehoofd in het Sloe. Tijdens de herverkaveling in het gebied van Kleverskerke-Nieuwerkerke-Arnemuiden werden op 19 augustus 1963 de laatste resten van het kerkhof geëgaliseerd, waarbij puinsleuven van de voormalige kerk en begravingen te voorschijn zijn gekomen.

Wapen Op de wapenkaart van Smallegange (1696) komt een wapen voor met vier kepers; bij de bevestiging van het heerlijkheidswapen op 10 november 1819 werden het er drie.


Nieuwerkerk, verdwenen dorp West-Zeeuws-Vlaanderen

Verdronken dorp en parochie in het ambacht Oostburg (West Zeeuws-Vlaanderen). Het ten noordoosten van Oostburg gelegen dorp ontstond met de stichting van een nieuwe kerk in 1197. Vanaf de dertiende eeuw is de plaats ook bekend als Groda-Oost of Groede-Oost. Ten zuiden van Nieuwerkerke lag de al in 1163 vermelde ridderhofstede Beiderwaan (Buederwaan, Bruwaan e.a.), die ook nog als geestelijk leengoed in 1435 in het leenregister van de Burg van Brugge wordt vermeld. Daarin wordt binnen de parochie onder meer ook het hof Zaamslag (Zaemslacht) genoemd, niet te verwarren met het gelijknamige dorp in Oost Zeeuws-Vlaanderen. Nieuwerkerke onderging vaak hinder van stormvloeden. Het liep grote schade op door de Allerheiligenvloed van 1570. Nog grotere schade werd toegebracht door de militaire inundaties in 1583 en later, toen het gebied onder water werd gezet om Spaanse bezetting te voorkomen. Prins Maurits bracht in 1604 met nieuwe militaire inundatie het einde. Nadien verdween Nieuwerkerke deels in de zich verbredende Nieuwkerksche Kreek.

Bij de aanleg van een natuurvriendelijke oever aan de zuidzijde van deze kreek, 2,5 kilometer ten zuidoosten van Groede, ontdekte men in 1995 resten van de kerk van Nieuwerkerke. Een noodonderzoek door het Provinciaal Depot voor Bodemvondsten in Middelburg leerde dat de oudste resten behoorden tot een laat dertiende- of vroeg veertiende-eeuwse, kleine kerk van baksteen met rechthoekig gesloten koor. Deze kerk is in de vijftiende eeuw aanzienlijk vergroot tot een kruisvormige kerk en tevens voorzien van een toren. De totale lengte van de kerk bedroeg ruim 45 meter, de toren had een omvang van 11 x 11 meter. Het muurwerk van de toren en de noordzijde van de kerk waren omgevallen en weggezakt in de kreekoever. In het middenschip werd een grote grafsteen met rijke randversiering en inscriptie aangetroffen, die nu is opgesteld in de entree van de monumentale dorpskerk van Groede. Blijkens de inscriptie dateert deze steen voor de zoon van ene Jan de Coster, wiens voornaam onbekend is, uit 1471. Binnen de kerk werden verder nog resten van twee gemetselde grafkelders vastgelegd; ook zijn zowel binnen als buiten de kerk de resten van tien lijkbegravingen zonder kist gedocumenteerd. Om de resten van de kerk ter plaatse te behouden zijn beschermingsmaatregelen genomen bij de verdere inrichting.

AUTEUR

-J.A. Trimpe Burger, S.J.M. Hulsbergen, Jan J.B. Kuipers, 2013.


LITERATUUR

-Archeologische Monumentenkaart Zeeland (AMK), monumentnummer 13571.

-A.A. Beekman, Geschiedkundige Atlas. Bulletin Kon. Ned. Oudheidkundige Bond 16 (1963), 12, 235-236.

-Robert M. van Dierendonck, ‘Van Boterzande tot Wevelswaele. Archeologische gegevens van verdronken dorpen in West-Zeeuws-Vlaanderen’, in: Tijdschrift voor Waterstaatsgeschiedenis 14 (2005) 96-106.

-Van Empel en Pieters, Zeeland.

-M.K.E. Gottschalk, Historische geografie van westelijk Zeeuws-Vlaanderen 2 dln. (Assen, 1955-1958)I, 29.

-Grijpink, Register op de parochieën.

-Huizinga, Opgravingen te Nieuwerkerke.

-Jan J.B. Kuipers (eindred.), Sluimerend in slik. Verdronken dorpen en verdronken land in zuidwest Nederland (Middelburg/Vlissingen, 2004) 48-49 nr. 104, 81-82.

-S. Muller Hz., De indeeling van het bisdom.

-Walraven en Polderdijk, De kuststreek. Zelandia Illustrata IV, 772-774.

-J.W. te Water, Kort verhaal.


Tekst Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

(1)(Nierkercke, Schutje). Buurtschap binnen de nieuwe gemeente Middenschouwen; vroeger een dorp, parochie en oude heerlijkheid (580 ha) in het Zuider-Vierendeel van Schouwen, binnen de voormalige gemeente Kerkwerve. Wapen Dit komt voor op de kaart van Schouwen van 1540 (met geheelgouden degen) en bij Smallegange in 1696 (met kransen in plaats van gespen); het werd op 31 juli 1817 voor de gemeente bevestigd. Geschiedenis: Als parochie staat Nieuwerkerke voor het eerst vermeld in een acte van 5 februari 1298. De kerk, die aan Sint-Pieter was gewijd, was waarschijnlijk een dochter van Kerkwerve. In deze kerk was een vicarie gesticht ter ere van de H. Maagd. Na de Reformatie werd Nieuwerkerke, tezamen met Kerkwerve, verenigd met Noordgouwe. Sedert 1625 vormden Nieuwerkerke en Kerkwerve samen een gemeente. In de 18e eeuw is de kerk afgebroken. In april-mei 1951 zijn in het reeds lang gesloten kerkhof opgravingen verricht door de afdeling Antropologie van het Anatomisch Instituut te Utrecht en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek te Amersfoort (zie antropologie). De begraafplaats is nu een beschermd cultuurmonument. (2)(Nieuwerkerk). Verdwenen dorp in de vroegere heerlijkheid van die naam; nu in de gemeente Arnemuiden. Het kerkdorp is in de 14e eeuw of iets vroeger gesticht, als parochie afgescheiden van Kleverskerke. De kerk, gewijd aan St. Jan Baptist, werd hoofdkerk van Arnemuiden. Deze St .-Jans kerk is na de Reformatie verdwenen; de plaats waar ze gestaan heeft, staat bekend als het 'oud kerkhof'. Overblijfselen van de kerk hebben in 1593 nog gediend tot verzwaring van het zeehoofd in het Sloe. Tijdens de herverkaveling in het gebied van Kleverskerke-Nieuwerkerke-Arnemuiden werden op 19 augustus 1963 de laatste resten van het kerkhof geëgaliseerd, waarbij puinsleuven van de voormalige kerk en begravingen te voorschijn zijn gekomen. Wapen Op de wapenkaart van Smallegange (1696) komt een wapen voor met vier kepers; bij de bevestiging van het heerlijkheidswapen op 10 november 1819 werden het er drie. (3)(Groeda-Oost, Nieuwkerk). Verdwenen dorp en parochie in West Zeeuws-Vlaanderen. Deze parochie lag tussen Oostburg en Groede, aan de latere Nieuwkerksche kreek, in het ambacht van Oostburg. Toen de bisschop van Doornik in 1197 te Oosburg kwam, ontving hij een delegatie uit de nederzetting Beiderwan, die hem dringend verzocht een eigen kerk te mogen stichten. De afstand naar Oostburg was te ver, een steeds terugkerend argument. De abt van de St. Pietersabdij te Gent, die het patronaatsrecht over dit gedeelte van Oostburg bezat, ondersteunde het verzoek en zo kwam de aan O.L.V. gewijde kerk tot stand. Bij de Allerheiligenvloed in 1570 leed Nieuwerkerke schade. Ten gevolge van inundaties in de 80-jarige oorlog is Nieuwerkerke verdwenen.