Marie Antheunis
Marie Antheunis | |
---|---|
Het pamflet dat de vader van Marie Antheunis verspreid heeft · PUBLIC DOMAIN. Bron: nos.nl/75jaarbevrijding | |
Geboren | 11 mei 1904 Axel |
Overleden | 5 september 1944 St. Jansteen |
Beroep | Handelaarster |
Achtergrond
Marie Antheunis was een alleenstaande moeder van een zoontje (Ben). Zij runde een handeltje in koolzaadolie, sigaretten en andere waar en fietste regelmatig de polders door op zoek naar klanten, ook in de oorlog. Het maakte haar niet uit of zij vriend of vijand waren. Politiek interesseerde haar niet. Zo werd de 38-jarige Marie – evenals Deborah van Es, boerendochter van een NSB-landwachter - ook wel eens gesignaleerd met Duitsers.
Dolle dinsdag
Op 5 september 1944 (‘Dolle dinsdag’), toen de bevolking van Axel dacht dat de bevrijding aanstaande was, begon ook in Axel de jacht op verraders en moffenmeiden, zoals de meisjes worden genoemd die met de Duitsers vrijden. Het 'moffenkledder' werd kaalgeschoren, een vrouw uit een naastliggend dorp zelfs gebrandmerkt met een hakenkruis. Veel NSB'ers kregen stenen naar hun hoofd. De plaatselijke dominee Piet van Oeveren, die zichzelf tot interim-burgemeester had uitgeroepen na de vlucht van de Duitse burgemeester, maakte er een einde aan. Hij waarschuwde op een aanplakbiljet voor samenscholen en raadde de dorpelingen aan binnen te blijven. De rust keerde voorlopig terug en op 19 september werd Axel echt bevrijd.
Vermissing en zoektocht
Intussen werden Marie Antheunis en Deborah van Es vermist. De twee vermiste vrouwen hadden vermoedelijk ook met de volkswoede te maken gekregen. Marie Antheunis was die dag op de fiets op weg naar huis vanuit Terneuzen, waar ze had gelogeerd bij haar zus. Maar ze was nooit in Axel aangekomen. Deborah van Es was voor het laatst gezien op een Duitse pantserwagen; ergens tussen Axel en Terneuzen. Vader Antheunis ging intussen op zoek naar zijn vermiste dochter. Hij verspreidde een pamflet toen interneringskamp Groot Eiland werd gesloten. In dat kamp hadden een half jaar lang collaborateurs opgesloten gezeten. Liefjes van Wehrmachtsoldaten werden er ook opgesloten, hoewel dat eigenlijk niet mocht. Antheunis was ervan overtuigd dat zijn dochter en Deborah Van Es waren vermoord tijdens hun verblijf in het interneringskamp Groot Eiland. Er deden allerlei verhalen de ronde over mishandelde gevangenen, soldatenliefjes die op een vervelende manier inwendig onderzocht zouden zijn en zelfs verkrachting. De familie had een schoonzoon al eens tevergeefs naar Groot Eiland gestuurd op zoek naar de vrouwen. Ook een gezamenlijke advertentie in plaatselijke krant had in januari 1945 niets opgeleverd. De beschuldiging die de vader in het pamflet uit richting het Militair Gezag deed, deed veel stof opwaaien in het Zeeuws-Vlaamse dorp. Want hoe kon je van moord spreken als de lichamen nooit waren gevonden, vroegen veel Axelaren zich af. Velen vermoedden dat dit een "opgezette hetze was door de vrije pro-Duitsers". Ze vonden dat het gezag maar eens streng tegen deze kliek moest optreden, "omdat zij blijkbaar nog niet hebben begrepen dat niet zij, maar wij de baas waren en dat het moffengewroet nu maar eens uit moest zijn".
Zaak alsnog opgehelderd
Ondanks druk van vader Antheunisse op het Openbaar Ministerie helderheid te verschaffen over wat er met zijn dochter en Deborah van Es was gebeurd duurde het nog lange tijd voordat er helderheid kwam in de zaak. De beide vrouwen bleken gevangen te zijn genomen door de Orde Dienst (OD) en gewurgd door onderduiker Rubens. Hun lichamen, zwaar toegetakeld, werden in februari 1946 opgegraven op het ‘Groot Eiland’ in de gemeente St. Jansteen. De dader wist na de oorlog te ontkomen naar Californië in de Verenigde Staten. Kort voor de 20e februari 1946 had vader Antheunis - woedend over alle gesloten deuren en nietszeggende antwoorden die zijn speurtocht naar de waarheid opleverde – nog een pamflet laten drukken, dat hij huis aan huis in Axel bezorgde. 'Sadistenmoord´ zo luidde de kop boven een woedende uitval naar de dieven en moordenaars die nog op vrije voeten rondlopen, naar politie en Militair Gezag die niets voor hem deed. "Waar is de doofpot waarin alle vieze geheimen verdwijnen?", zo riep hij zijn plaatsgenoten toe, "waar blijft gerechtigheid?”[1]
Bronnen
Literatuur
Sites
Auteur
-W. van Gorsel, 2023