Kruisheren (kruisbroeders
Kruisheren (kruisbroeders) |
---|
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Reguliere kanunniken van de Orde van het Heilig Kruis (O.S.C. Ordo Sanctae Crucis). De orde ontstond in de 13e eeuw onder invloed van de kruistochten en de daarmee verbonden verering van het Kruis. De monniken leefden volgens de regel van Augustinus, later aangevuld met statuten van de dominicanen en legden meer nadruk op liturgisch leven dan op prediking en studie. Ze waren herkenbaar aan een wit habijt met een zwart scapulier; een zwarte, afhangende strook was versierd met een wit-rood kruis. De grootste bloei van de orde valt in de 15e eeuw. Bij de Reformatie werden alle kloosters in de Noordelijke Nederlanden opgeheven. In Zeeland hebben er twee gestaan, één in Goes en één in St.-Annaland.
Goes. Het convent te Goes dankte zijn ontstaan aan de Heren van Maelstede (Wolfaart en Hendrik), die het royaal van middelen voorzagen. Op 29 juni 1429 werd het aan de Vlasmarkt ingewijd en er waren tijden dat 17 Kruisheren daar hun basis hadden. Omdat het een rijk klooster was met allerlei vrijdommen, adviseerde in 1558 een commissie van kardinalen de bezittingen van dit klooster toe te voegen aan de tafel van de bisschop van Middelburg, om aldus het nieuwe bisdom aan inkomsten te helpen. De magistraat van Goes wist deze plannen te verijdelen. In 1575 werd een nieuwe poging gedaan om het klooster te annexeren, nu door bisschop Jan van Strijen, die nagenoeg zonder inkomsten zat. Burgemeester en schepenen van Goes bepaalden toen echter, dat niemand zonder hun toestemming over de inkomsten van het klooster mocht beschikken. Ook moesten over eventuele vervreemding de kanunniken vooraf worden gehoord. De overgang van Goes naar de Prins veranderde de situatie. Vele kanunniken waren verdwenen en de Prins bepaalde dat de goederen van het klooster aan de armen moesten worden gegeven. De enige kanunnik die toen nog in het klooster woonde, kreeg een pensioen. Volgens Abelmann waren de kruisheren eigenlijk allang reformatorisch gezind. Binnen de muren van het klooster werd uitvoerig over de nieuwe beweging gediscussieerd en ook burgers namen aan deze gesprekken deel. Dit bleef niet zonder gevolgen. In 1558 werd Govert Jaspersz, een gewezen kruisheer uit Goes, te Brussel verbrand; een andere kruisheer moest vergiffenis vragen voor zijn afwijkende denkbeelden en in 1560 ontvlucht ten verscheidene burgers de stad Goes, omdat ze hadden deelgenomen aan de discussies met de kruisheren en nu voor hun leven vreesden.
St.-Annaland. Het klooster aldaar werd kort na de bedijking g esticht door Anna van Bourgondië en haar echtgenoot en in 1492 ingewijd. In 1505 werd de kerk van St. Annaland bij het klooster getrokken. Ook dit klooster was tamelijk rijk, maar de stormen van Reformatie en 80-jarige oorlog heeft het niet kunnen doorstaan.
AUTEUR
S.J.M. Hulsbergen
LITERATUUR
Römer, Kloosters en abdijen. Schoengen, Monusticon Batavum. Römer, Kloosters te Goes. Van Heussen en Van Rijn. Batavia sacra. S. Muller Hz., De indeeling van het bisdom. Post, Kerkgeschiedenis. Abelmann, Voorboden van de Hervorming. Bijdragen tot de geschiedenis van het bisdom Haarlem LII 162.
KRUISKREEK
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Water in de Beooster-Eede- en Hoogland-van-St.-Kruispolder,W.Z. Vl.
AUTEUR
J. Kuipers