Jacobus Welleman

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Jacobus Welleman

Overlijdensadvertenties van Jacobus Welleman in de Middelburgsche Courant van 27 december 1939, pag. 3
Geboren 4 september 1874 Krabbendijke
Overleden 25 december 1939 Krabbendijke
Beroep VDB raadslid, wethouder en burgemeester Krabbendijke, afdelingsvoorzitter ZLM.

Carrière

Jacobus Welleman (4 september 1874 – 25 december 1939) was vooraanstaand lid van de Vrijzinnig Democratische Bond, wethouder en burgemeester van Krabbendijke en lid van de Provinciale Staten van Zeeland. Welleman trouwde in 1897 met de vier jaar jongere Suzanna Maria van Arenthals.

Welleman, landbouwer van vrijzinnige beginselen, begon zijn loopbaan in vele organisaties als secretaris-penningmeester van coöperatieve landbouwaankoopvereniging Eendracht Maakt Macht in zijn geboorteplaats Krabbendijke. Ook was hij al rond de eeuwwisseling bestuurslid van de werkliedenvereniging Onderling Belang te Krabbendijke, een fonds voor onderlinge verzekering. Welleman was ook de oprichter van de Vereeniging van Oud-Leerlingen van de Rijkslandbouwwinterschool te Goes.

Invloed

In 1898 bepleitte hij bij het bestuur van de afdeling Kruiningen van de Zeeuwsche Landbouw-Maatschappij het openen van de mogelijkheid voor de populaire dorpslandbouwverenigingen om zich aan te sluiten bij de Maatschappij. Zijn overtuiging dat de tot dan toe wat elitaire ZLM dringend reorganisatie behoefde, bleef hij ondanks aanvankelijke mislukkingen, met verve uitdragen. Zo diende hij in 1905 een voorstel tot statutenwijziging in. Het werd afgewezen, maar zijn voorstellen waren in afgezwakte vorm wel terug te vinden in de statutenwijziging van 1907. Van de regionale afdeling van de ZLM, de kring Kruiningen oftewel Oost-Zuid-Beveland, werd Welleman voorzitter. Als afgevaardigde van die afdeling was hij later jarenlang lid van het ZLM-hoofdbestuur. Binnen de organisatie nam hij een ‘vooraanstaande plaats’ in.

Pas vanaf 1916, na het overlijden van voorzitter G.A. Vorsterman van Oyen, werd in de ZLM verder gedacht over reorganisatie en democratisering. Welleman bepleitte onder meer dat het ZLM-orgaan een echte visie moest gaan uitdragen en kreeg nu bijval van diverse kanten voor zijn stelling dat de dorpsverenigingen bij de ZLM thuishoorden. Welleman werd voorzitter van de commissie die de statutenwijziging voorbereidde die in de jaren 1918 en 1919 zijn beslag kreeg. De meeste plaatselijke landbouwverenigingen in Zeeland traden nu inderdaad toe tot de ZLM. De reorganisatie werd een succes; de belangstelling van de Zeeuwse landbouwers voor de ZLM en ook hun organisatorische activiteit namen sterk toe.

Te Krabbendijke werd Welleman in 1899 gekozen tot lid van de gemeenteraad, in 1907 tot wethouder en in 1913 benoemd tot burgemeester. Als vooruitstrevend liberaal was Welleman ook actief in de liberale arbeidersorganisatie, het Algemeen Nederlandsch Werkliedenverbond. Welleman was door zijn inzet voor de arbeidersbelangen te Krabbendijke zeer populair. Hij wist zodoende in zijn thuisregio heel wat arbeidersstemmen te binden aan de liberalen toen in 1918 het algemeen kiesrecht werd ingevoerd – voordien was dat uiteraard ook al het geval.

Rol in de Vrijzinnig Democratische Bond

Welleman was vanaf 1908 lid van het Hoofdbestuur van de Vrijzinnig Democratische Bond, de meest vooruitstrevende van de liberale partijen. In 1906 was hij lid geworden van de door het Hoofdbestuur van de VDB ingestelde commissie die zich moest bezighouden met de belangen van het platteland. Voordien was hij al lid van de commissie die de landbouwparagraaf in het werkprogram van de VDB samenstelde die in 1903 werd vastgesteld. Welleman was hoofdbestuurslid van ‘Volksonderwijs’ en later lid van de gewestelijke bestuurscommissie van de AVRO, de omroeporganisatie die zich het meest bij de liberale ‘zuil’ thuisvoelde.

Van 1919 tot 1931 was Welleman lid van de Provinciale Staten van Zeeland voor de VDB. ‘Zijn invloed in de Staten was groot.’ Verder was hij oprichter en voorzitter van de Coöperatieve Beetwortelsuikerfabriek Zeeland te Bergen op Zoom (1916/1917) die in het begin van de jaren 1930 als gevolg van de economische crisis moest worden geliquideerd. In 1917 was hij de oprichter van de Veilingsvereeniging Eendracht Maakt Macht voor Krabbendijke en omstreken, waarvan hij voorzitter werd.

Functies buiten de politiek

In 1930 trad Welleman terug uit de politiek en uit de meeste van zijn vele bestuurlijke functies toen, aanvankelijk in kleine kring, zijn homoseksuele geaardheid bekend werd. In 1938 werd Welleman voorzitter van de Zeeuwse afdeling van de Bond Landbouw en Maatschappij, een radicale boerenbeweging die het crisisbeleid van de regering teveel gericht vond op de grote boeren. Toen de Bond in juli 1939 verklaarde dat samenwerking met groepen die een autoritaire samenleving wensten noodzaak was geworden, was Welleman nog steeds voorzitter van die afdeling. Landbouw en Maatschappij kwam, ook in overig Nederland, meer en meer in nationaalsocialistisch vaarwater.

De door Welleman in de loop van 1931 voor de Goesche Courant geschreven beschouwingen over de landbouw en de crisis werden in 1932 door de ZLM in de vorm van een brochure (Landbouw en crisis) uitgegeven. De strekking ervan was dat de regeringsmaatregelen ter bestrijding van de gevolgen van de economische crisis vooralsnog sterk onvoldoende waren. Vanaf december 1931 werkte hij op verzoek van het ZLM-hoofdbestuur aan een rapport over de betekenis van de landbouw voor de Zeeuwse economie. Dat werd eind februari 1932 door de te Goes gevestigde ZLM uitgegeven onder de titel De economische beteekenis van den landbouw voor Nederland in het algemeen en voor Zeeland in het bijzonder.

Auteur

-Jan Zwemer, 2012

Bronnen