Jacob Florisz. van Grypskerke, Heer van Grypskerke en Poppendamme/EvZ1982-1984
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
(Grypskerke 1614 - Brugge of omstreken, eerste helft 1656). Bestudeerde de oude geschiedenis van Zeeland. Na 1653 schijnt hij zich te Brugge of omstreken gevestigd te hebben, waar hij familie en vrienden had. In de 18e eeuw vond Willem van Citters onder losse papieren een werk in handschrift van hem: ‘ 't Graafschap Zeeland onder haare graven, tot den jaare 1579, behelsende zeer omstandigh den staat en recht van de ridderschap en edelen van Zeelandt’. Het werd op initiatief van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen in 1882 gedrukt. Willem te Water nam er een gedeelte uit over in zijn ‘Hoogadelijk en adelrijk Zeeland’; Adriaan Kluit nam er een gedeelte in zijn ‘Historia Critica Comitatus Hollandiae et Zelandiae’ uit over.