Herten
Herten |
---|
Historie
In de bodem en in de ondergrond van Zeeland zijn geweien en skeletten gevonden van enige soorten herten, die hier vroeger leefden. De eerste grote zoogdieren die hier ongeveer een miljoen jaar geleden begroeid land vonden, waren de mastodonten, herten en wilde paarden. Van deze herten had een soort (Euctenóceros falconéri) een stevig, kort, eenvoudig gewei en een ander soort een veel groter, sterk vertakt gewei. In een veel later tijdvak, wellicht 50.000 tot 10.000 jaar geleden leefden hier reuzenherten (Megaláceros gigánteus) met een indrukwekkend wijduitstaand gewei. Bovengenoemde soorten zijn in de gehele wereld uit gestorven. Later kwamen hier soorten, die nu nog op het noordelijk halfrond thuis zijn, maar niet meer in Zeeland: eland (A lees aces) in het elzenbosveen, rendier (Rárigifer tarándus) in de steppe en edelhert (Cérvus élaphus) in bos en duin.
Ree (Capréolus capréolus) en Damherten (Dárnadáma)
De enige soort hert, die nu nog in Zeeland thuishoort en in klein aantal verspreid voorkomt, is de ree. Damherten worden in kleine kudden in omheinde hertenkampen gehouden. Een kudde is in de oorlog 1940/'45 vrijgelaten en handhaaft zich sindsdien als in het wild levende populatie in de waterleidingduinen in het noorden van Walcheren (gemeente Veere).
Auteur
-P.J. v.d. Feen