Duinbeek (2)
Duinbeek (2) |
---|
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Buitenplaats en hoge heerlijkheid gelegen te Oostkapelle, waarvan de geschiedenis zeer ver teruggaat. Volgens de overlevering zou Duinbeek reeds in de tijd der Noormannen een versterking zijn geweest. In 1350 wordt 'Duinbeek' vermeld toen Wolfert van Borssele het huis aan de graaf opdroeg en het wederom als vrij leen met dezelfde rechten als Zandenburg en Veere terug ontving. Onder de heerlijkheidsrechten komt o.m. het recht van munt voor.
Van de Van Borssele's ging Duinbeek over naar de erfgenamen, de Bourgondiërs. Het werd in 1567 verkocht uit de failliete boedel van Maximiliaan van Boureondie aan Philips II. Tijdens het beleg van Middelburg (1572) werd het oude kasteel verwoest zoals vele kastelen. kloosters en kerken op Walcheren. In 1698 kocht de Middelburgse burgemeester Abraham Duvelaer de hoge heerlijkheid Duinbeek van de familie Boreel en liet in ca. 1710 de huidige buitenplaats bouwen binnen de bewaard gebleven gracht van het voormalige kasteel. Duvelaer legde er naar de mode der 18e eeuw een tuin in barokstijl aan, welke vanuit verschillende gezichtshoeken door Jan Arends in 1770 werd getekend. Duinbeek was een van de vele buitens welke op Walcheren werden gebouwd en die in de zomer door de veelal Middelburgse eigenaren werden bewoond omdat men ’s winters aan het wonen in een niet minder fraai patriciërshuis in de stad de voorkeur gaf. Bij de buitenhuizen behoren de bouwhuizen zoals het koetshuis en hovenierswoning, welke op Duinbeek nog in de oorspronkelijke staat aanwezig zijn. De familie Duvelaer bewoonde Duinbeek tot 1789 in welk jaar het geslacht uitstierf. De volgende bewoners waren Van Citters, Meyners en Sprenger. In 1898 werd het reeds jaren leegstaande Duinbeek tezamen met de daarnaast gelegen buitenplaats 'Berkenbosch', welke huizen lang in één hand waren, ingebracht in een naamloze vennootschap t.w. de N.V. Duinbeek om te voorkomen dat tot sloop zou worden overgegaan. Onder de namen der aandeelhouders komen wij tegen Sprenger, Lantsheer, Boddaert, Van Lynden, Van Reigersberg Versluys, Tak van Poortvliet, De Bruyn van Melis- en Mariekerke en Boogaert. Exploitatie der huizen werd na de Tweede Wereldoorlog steeds moeizamer, hetgeen er toe leidde dat in 1970 de grond werd verkocht aan Staatsbosbeheer. Het in slechte staat van onderhoud kerkerende huis Duinbeek werd in 1972 verkocht aan P. van der Veen, welke het huis met bouwhuizen in 1973, in samenwerking met de Rijksdienst voor Monumentenzorg, zorgvuldig liet restaureren.
AUTEUR
P.J. v.d. Veen
AFBEELDING
Zie kleurenplaat XXVI. De buitenplaats Duinbeek.