Commissie Van Landbouw

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Commissie Van Landbouw

In 1805 werd in ieder departement van de Bataafse Republiek een commissie van landbouw ingesteld door de centrale overheid. Deze commissies hadden tot taak de landbouw in hun ambtsgebied te stimuleren, statistische rapporten samen te stellen, na te gaan op welke wijze de kwaliteit en kwantiteit van de landbouwproduktie konden worden opgevoerd en voorstellen te doen aan de overheid tot verbetering van de landbouw. Als leden van de commissies werden in de eerste plaats benoemd grootgrondbezitters, hoogleraren, juristen, artsen en andere notabelen; slechts zelden werd een landbouwer tot lid benoemd (in Zeeland bijv. J. Faro). De nieuwe commissie heeft voortreffelijk werk verricht, zulks in tegenstelling tot overeenkomstige commissies in andere provincies. De oprichting van de Z.L.M. was een initiatief van de Zeeuwse commissie (1843). De commissies werden wegens de berooide toestand van de staatskas in 1851 door Thorbecke opgeheven.


AUTEUR

J.M.G. v.d. Poel


LITERATUUR

Van der Poel, Heren en boeren. Bouman, Geschiedenis van den Zeeuwschen Landbouw, 386-394.