Beoostenblij
Beoostenblij |
---|
Verdronken dorp en parochie (vermeld 1228) in het ambacht Axel, gelegen ten zuidoosten van Axel. Oorspronkelijk heette het gebied Transblide: in 1164 verwierf de St.-Pietersabdij te Gent grond in ‘Transblide in castellaria de Axla’. In de parochie Beoostenblij lag het grafelijk leen Zwanewerf, dat de heer van Axel in leen hield van de Oudburg van Gent. Dit was mogelijk een mottekasteel. De vermelding ‘hoghe hof’ wijst wellicht ook op een mottekasteel (1343) en slaat op het hof Te Moere, waar de heren Van den Moere resideerden. Het gebied van Beoostenblij telde voorts verschillende omgrachte hofsteden (‘moated sites’). Ook lag in Beoostenblij voor 1281 een ‘curtis’ (hof) van St.-Pieter, later aangeduid als het Oude hof. Bij de door Karel de Stoute om fiscale redenen verordonneerde haardstedentelling van 1469 omvatte het dorp Beoostenblij 173 haardsteden; ‘Benorden Beostenblie’ telde er 263, ‘Bezuuden Beostenblie’ 315. Deze (waarschijnlijke) parochiesplitsing wordt in 1469 voor het eerst vermeld; in 1474 waren er ook twee pastoors in Beoostenblij. oedent ambacht Axe
Beoostenblij leed schade door verschillende stormvloeden, onder meer door de eerste St.-Elisabethsvloed in 1404. Dorp en omgeving leden ook grote schade door de oorlogstoestanden in 1488. Beoostenblij verdronk echter door de militaire inundaties van 1584/85, gedurende de oorlog tegen Spanje. Herdijking van de gronden van Beoostenblij vond plaats in 1653, na een mislukte poging in 1595, in de Beoosten-Blij-Benoordenpolder. Beoosten- en Bewestenblij waren ook middeleeuwse wateringen, gelegen respectievelijk ten oosten en ten westen van de Blijde of Blide, een vaart van Axel naar Gent die later werd vergraven tot een turfkanaal genaamd Oostvaart; in de omgeving vond veel moernering plaats. Aan deze wateringen herinnert ook de Beoosten- en Bewesten-Blijpolder (1790).
AUTEUR
-Jan J.B. Kuipers, 2013.