Antonie J.a. Zn. Geluk/EvZ1982-1984
(Oud-Vossemeer 9 april 1812 – Tholen 24 december 1875). Landbouwer. Vooruitstrevend landbouwer op Tholen, sinds de oprichting (1844) bestuurslid van de afd. Tholen van de ZLM; dijkgraaf van de Deurloopolder. Woonde aanvankelijk op de hofstede `Vrouw Belia' in de Mosselhoek, later op de door hem gebouwde boerderij ‘Cereshof’ onder Tholen. Autodidact, bestudeerde de wetenschappelijke landbouwliteratuur van zijn tijd en toetste de daarin beschreven theorie aan de praktijk. Hij nam onder meer proeven met de verbouw van mais, Whittingtonse tarwe en tabak. Om zijn kennis te verbreden bezocht hij landbouwtentoonstellingen in Engeland. Behaalde vele prijzen op tentoonstellingen in binnen- en buitenland voor zijn landbouwproducten en voor de door hem geconstrueerde werktuigen. Legde zich ook toe op veehouderij (onder andere Durhamvee) en zuivel-bereiding (Thoolse kaas). Op zijn bedrijf gaf hij praktijkonderwijs aan jongelui. Hij heeft veel invloed uitgeoefend door het ontwerpen van een model voor een eenvoudige landbouwboekhouding, het 'Nieuw Landbouwerszakboek', waarvan nog in 1939 een achtste druk verscheen en publiceerde verder verschillende artikelen in de Boerengoudmijn en de Landbouwcourant. Schreef een boekje over Reimerswaal (1877), volgens Nagtglas door Caland bewerkt, nagezien en ingeleid door hem (Archief Zeeuwsch Genootschap 1977, p. 113 en 117).