Albert Willem van Renterghem/EvZ1982-1984
(Goes 11 jan. 1845-Amsterdam 1927). Medicus. Zoon van de Goese arts dr. Ch. A. van Renterghem, die veel aandacht heeft besteed aan meekrap- en oesterteelt. Bracht enige jaren door op kostscholen te Weesp, Mulhouse en Luik en ging vervolgens naar de Rijkskweekschool voor militair-geneeskundigen te Utrecht. Maakte verscheidene militaire expedities naar Oost-Indië mee en bereidde zich, in periodes van non-actief, voor op universitaire examens. Op 7 juni 1872 promoveerde hij te Utrecht op 'Bijdrage tot de leer der oorzaken van beri-beri'. Werd huisarts te Heinkenszand en vestigde zich in 1881 te Goes om de praktijk van zijn vader over te nemen. Daar raakte hij bekend met de dosimetrie en leerde hij het toedienen van alkaloïden. Rond 1887 legde hij zich toe op hypnose. Kwam in aanraking met Frederik van Eeden; samen richtten zij een kliniek op te Amsterdam. Het compagnonschap duurde slechts tot 1893. Vanaf 1 november 1899 had Van Renterghem een eigen kliniek te Amsterdam, waar hij per 1 juli 1906 een compagnonschap aanging met dr. A. van der Chijs, wat duurde tot 1924. Hij raakte in de ban van de psycho-analyse en liet zich hij Jung te Küssnacht analyseren; waardeerde Freud echter meer, wiens 'Inleiding in de psycho-analyse' door hem vertaald werd. In 1920 werd hij voorzitter van de in 1918 opgerichte Nederlandse Vereniging voor Psychoanalyse, hierin geruggesteund door zijn aangetrouwde neef dr. Jan van Embden. In 1925 ging hij een associatie aan met dr. J. Knappert uit Wageningen, een jaar later met dr. J.M. Rombouts uit Oegstgeest.