Agger
Agger (Aggara, Aggeren, Aggher, Agg here, Agher, Den Agger). |
---|
Verdwenen dorp en parochie in oostelijk Zuid-Beveland
Wapen
Het wapen komt voor op de wapenkaart van Smallegange (1696).
Geschiedenis
Het oudste Agger lag aan de Honte, ongeveer bij de samenvloeiing met de Schelde; voor het eerst in 1187 genoemd, mogelijk slechts een van kaden voorzien eilandje in het schorrengebied van die naam. Het ontleende zijn belang in hoofdzaak aan de tol die de Heer van Breda daar bezat en die in 1276 nog bestond. Het oude Agger is waarschijnlijk in 1288 verdronken. In hetzelfde gebied maar niet op dezelfde plaats werd voor 1471 de nieuwe parochie Agger gesticht (tegenover Woensdrecht in de toenmalige Grote Aggerpolder). Na de St.-Felixvloed op 5 november 1530 werden Agger, Bath en Hinkelenoord spoedig herdijkt (de drie dorpen waren in drooggebleven). Aldus ontstond een nieuw eiland, dat echter voorgoed verloren ging in 1552 tijdens de St.-Pontiaansvloed. De parochie Agger werd gevormd door de (oude) Gentspolder, de Korenpolder en de Grote Aggerpolder (Ziguitpolder). De Grote Aggerpolder was de grootste polder (1550 gemeten) die in de late middeleeuwen in Zuid-Beveland is bedijkt. Tevoren behoorden genoemde polders tot Hinkelenoord. Een bureaustudie uit 2003 wegens een nieuwe goederenrailverbinding Roosendaal-Antwerpen (railproject VERA) leverde vijf mogelijke locaties op van de ligging van het verdronken dorp Agger in zijn verschillende fasen; in drie van de vijf projecties konden zich resten van het jongste Agger in het railtracé bevinden.
Rivierarm
De oostelijke van de drie oude restgeulen van de dichtslibbende Schelde tussen Woensdrecht en de Honte (de middelste was de Kromvliet, de westelijke de Zuidkreek). Nog in 1839 lag in het dan ingepolderde Aggergebied een oude strang (dode rivierarm) van het water onder die naam.
Waterstaatkundige term, ‘navloed’, kortstondige rijzing van het water onder het eb getij, veroorzaakt door lokale omstandigheden als het samentreffen van stromen. Ook (in het Oudnederlands): ingedijkt land, naar Lat. agger, dat onder meer (aangedragen) aarde, wal, dam en dijk betekent.
AUTEUR
-J.A. Trimpe Burger; herz. Jan J.B. Kuipers (2013)
LITERATUUR
–H. van der Beek, Het verdronken dorp Agger in het tracé van VERA. Archeologic rapport 78 (Woerden, 2003).
-A.A. Beekman, De wateren van Nederland. Aardrijkskundig en geschiedkundig beschreven ([S.l, [s.a.]) 157.]