Pieter Cornelis Boutens

Uit Wiki ZB
Ga naar: navigatie, zoeken
Pieter Cornelis Boutens
Boutens 31374.jpg
Portret van P.C. Boutens door Chris de Moor, 1942, foto, 1985, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 31374
Geboren 20 februari 1870 Middelburg
Overleden 14 maart 1943 's-Gravenhage
Beroep literator
VIAF P.J. Boutens

Carrière en invloed van Walcheren

Tekening van Lucie van Dam van Isselt in het Album amicorum voor P.C. Boutens, foto, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 3561

Boutens werd zeer calvinistisch opgevoed, maar de Doleantie in 1886 maakte hem afkerig van elke godsdienst. Zijn vader wilde dat hij theologie ging studeren, hij koos echter klassieke letteren en promoveerde op een proefschrift ‘Excertitationes criticae in scholia ad Aristophanis Acharnenses’ (1899). Van 1894 tot 1904 was hij leraar te Voorschoten, later wijdde hij zich geheel aan literaire arbeid. Na zijn vertrek uit Zeeland in 1890 bracht hij bijna al zijn vakanties door op Walcheren; Boutens bleef Zeeuw en sprak het Walchers dialect. In zijn werk namen de zee en Walcheren een grote plaats in. Hiervan getuigen onder meer gedichten als ‘Septemberdag op Walcheren’ en ‘In de Manteling bij Domburg’ (beide in ‘Carmina’) en ‘Domburgsch uitzicht’ (in ‘Bezonnen verzen’). Hoewel hij meestal zeer aristocratisch schreef, wist Zeeland hem zelfs een vleugje volkspoëzie te ontlokken in het ‘Nieuw Zeeuwsch geuzenlied’ (1927), waarin hij een scherpe aanval doet op het Belgisch-Nederlands verdrag van 1925. Ook door liefde voor zijn geboortegrond geïnspireerd schreef hij het toneelstuk ‘Middelburg’s Overgang’ (1925), ter herdenking van de overgave van Middelburg aan Willem van Oranje in 1574.

Stijl

Tentoonstelling n.a.v. onstluiting van de collectie van P.C. Boutens in de Zeeuwse Bibliotheek, affiche, 21 november 1997, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 17710

Reeds bij zijn debuut als dichter (in 1894 met ‘XXV verzen’) trok Boutens de aandacht door de strakke vorm van zijn poëzie die, ofschoon geschreven onder invloed van de Klassieken en de Nieuwe Gidsers, een heel eigen geluid had. In zijn gedichten vinden we het Platonisch denken terug; de aardse schoonheid is voor hem de weerspiegeling van de onzichtbare, eeuwige schoonheid. Hij ging steeds meer in een ivoren toren leven, 'luisterend naar de stemmen van zijn eigen ziel' , de eerste regel van zijn eerste gedicht wijst daar al op: 'Ik sloot de blink're venstren van mijn ziel'. Zijn verzameld werk werd in zeven delen uitgegeven. De literaire nalatenschap van P.C. Boutens werd geschonken aan de ZB

selecte Bibliografie

muurgedicht, een fragment uit een gedicht van P.C. Boutens, juli 2013, foto: A. Marinissen, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 146212 De wolken spieglen (fragment) Wij zitten bij den top van 't duin Hoog in de bocht van 't diepe pad. Achter het windloos vlotte zwerk Vloeit door het hooge koele blauw Geen schijn van zon of maan of ster, Het is geen avond en geen nacht: De wolken spieglen in de zee Wanneer en waar was ik nog eens Zo hoog en stil met U alleen


Tekst Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

-P.J. Meertens

Literatuur

-Reichling, Het Platonisch denken.

-Binnendijk, Een protest tegen den tijd.

-Mulder. Boutens en de Bijbel.

-De Clerck, P.C. Boutens.

-De Clerck. Walcheren weerspiegeld.

-P.C. Boutens, Mijn hart wou nergens.

-Marco Goud, Over zien en (on)zichtbaarheid in poëzie en poëtica van P. C. Boutens (Leuven 2003).

-[10]