Gillis van Wissekercke: verschil tussen versies

Uit Wiki ZB
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox
+
(gest. 1631). Heer van Couwerve enz. Afkomstig uit een Noordbevelands geslacht dat tot groot aanzien was gekomen door het rentmeesterschap van Zeeland Bewesterschelde en sedert 1493 te Middelburg woonde. Omstreeks 1600 koos Gillis, katholiek gebleven en ontstemd door de invloed die Maurits zich in 1596 als Eerste Edele van Zeeland aanmatigde, de zijde van de koning van Spanje en ging naar het zuiden, waar hij o.a. in Mechelen woonde. Hij bleef echter in het bezit van zijn goederen in Zeeland en Brabant en verkreeg sauve-garde om die te bezoeken. In 1627 werd hiertegen bezwaar gemaakt door de regering van Tholen, in verband met de inval van de Spaanse troepen in Zuid-Beveland in dat jaar. Zij waarschuwden dat Wissekercke ‘een partijdig man, waarvan de Landen geen goed staet te wachten' de sterkten op Tholen bezichtigd en de kreken door het verdronken land van Reimerswaal verkend had. Zij verzochten zijn sauve-garde in te trekken maar daar werd geen gevolg aan gegeven. Vier jaar later kwam Wissekercke om in de slag op het [[Slaak]] (1631). De Staten van Zeeland en de Staten Generaal verklaarden toen zijn goederen, als die van een landverrader, verbeurd. De goederen in Zeeland brachten alleen al f 185.000 op. Tevergeefs trachtte de Spaanse regering in 1633 en later te Munster schadeloosstelling voor de familie te verkrijgen. De heerlijkheid Peltenburg werd toen door de koning tot baronie verheven, waardoor de tweede zoon. Jan van Wissekercke, nu de baronie van Wissekercke voor hem vervallen was, de titel van baron verkreeg. De oudste zoon, Philips, was kapitein in Spaanse dienst; de jongste zoon, Willem, trad in de orde der jezutten. Twee dochters, Anna Maria en Magdalena, traden in een klooster.
| above      = Wissekercke, Gillis Van
 
}}
 
  
'''Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984'''
+
==Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984==
 
+
{{GoToOriginal}}
(gest. 1631). Heer van Couwerve enz. Afkomstig uit een Noordbevelands geslacht dat tot groot aanzien was gekomen door het rentmeesterschap van Zeeland Bewesterschelde en sedert 1493 te Middelburg woonde. Omstreeks 1600 koos Gillis, katholiek gebleven en ontstemd door de invloed die Maurits zich in 1596 als Eerste Edele van Zeeland aanmatigde, de zijde van de koning van Spanje en ging naar het zuiden, waar hij o.a. in Mechelen woonde. Hij bleef echter in het bezit van zijn goederen in Zeeland en Brabant en verkreeg sauve-garde om die te bezoeken. In 1627 werd hiertegen bezwaar gemaakt door de regering van Tholen, in verband met de inval van de Spaanse troepen in Zuid-Beveland in dat jaar. Zij waarschuwden dat Wissekercke ‘een partijdig man, waarvan de Landen geen goed staet te wachten' de sterkten op Tholen bezichtigd en de kreken door het verdronken land van Reimerswaal verkend had. Zij verzochten zijn sauve-garde in te trekken maar daar werd geen gevolg aan gegeven. Vier jaar later kwam Wissekercke om in de slag op het [[Slaak]] (1631). De Staten van Zeeland en de Staten Generaal verklaarden toen zijn goederen, als die van een landverrader, verbeurd. De goederen in Zeeland brachten alleen al f 185.000 op. Tevergeefs trachtte de Spaanse regering in 1633 en later te Munster schadeloosstelling voor de familie te verkrijgen. De heerlijkheid Peltenburg werd toen door de koning tot baronie verheven, waardoor de tweede zoon. Jan van Wissekercke, nu de baronie van Wissekercke voor hem vervallen was, de titel van baron verkreeg. De oudste zoon, Philips, was kapitein in Spaanse dienst; de jongste zoon, Willem, trad in de orde der jezutten. Twee dochters, Anna Maria en Magdalena, traden in een klooster.
 
  
 
==Auteur==
 
==Auteur==
Regel 16: Regel 13:
  
 
[[category:persoon]]
 
[[category:persoon]]
 +
{{DEFAULTSORT: Wissekercke, Gillis Van}}

Versie van 8 feb 2019 om 11:00

(gest. 1631). Heer van Couwerve enz. Afkomstig uit een Noordbevelands geslacht dat tot groot aanzien was gekomen door het rentmeesterschap van Zeeland Bewesterschelde en sedert 1493 te Middelburg woonde. Omstreeks 1600 koos Gillis, katholiek gebleven en ontstemd door de invloed die Maurits zich in 1596 als Eerste Edele van Zeeland aanmatigde, de zijde van de koning van Spanje en ging naar het zuiden, waar hij o.a. in Mechelen woonde. Hij bleef echter in het bezit van zijn goederen in Zeeland en Brabant en verkreeg sauve-garde om die te bezoeken. In 1627 werd hiertegen bezwaar gemaakt door de regering van Tholen, in verband met de inval van de Spaanse troepen in Zuid-Beveland in dat jaar. Zij waarschuwden dat Wissekercke ‘een partijdig man, waarvan de Landen geen goed staet te wachten' de sterkten op Tholen bezichtigd en de kreken door het verdronken land van Reimerswaal verkend had. Zij verzochten zijn sauve-garde in te trekken maar daar werd geen gevolg aan gegeven. Vier jaar later kwam Wissekercke om in de slag op het Slaak (1631). De Staten van Zeeland en de Staten Generaal verklaarden toen zijn goederen, als die van een landverrader, verbeurd. De goederen in Zeeland brachten alleen al f 185.000 op. Tevergeefs trachtte de Spaanse regering in 1633 en later te Munster schadeloosstelling voor de familie te verkrijgen. De heerlijkheid Peltenburg werd toen door de koning tot baronie verheven, waardoor de tweede zoon. Jan van Wissekercke, nu de baronie van Wissekercke voor hem vervallen was, de titel van baron verkreeg. De oudste zoon, Philips, was kapitein in Spaanse dienst; de jongste zoon, Willem, trad in de orde der jezutten. Twee dochters, Anna Maria en Magdalena, traden in een klooster.

Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

L. Hageman, C.P.M. Holtkamp

Literatuur

  • N.N.B.W. I en III.
  • Nagtglas, Levensberichten.
  • De Boer, Slag op het Slaak