Bremraap

Uit encyclopedie van zeeland
Versie door Maintenance script (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2014 om 14:07 (Importing text file)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Bremraap (orobánche)

Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984


Geslacht van overjarige planten. Wortelparasieten die met de voet van hun stengel geheel op de wortel van een andere plant zijn vastgegroeid. De bovengrondse delen zijn niet groen en dragen bruine schubvormige blaadjes. Zij halen hun voedsel uit de waardplant en maken het niet zelf. De kleine, door de wind verspreide zaden ontwikkelen zich alleen als ze met een wortel van de specifieke waardplant in aanraking komen. In Zeeland komen de volgende twee soorten regelmatig voor:

Klavervreter (0. minor; Z.B., Sch.: kaesen, Z.B.: koeiespenen, Zl.: onder). Woekerend op vlinderbloemieen en peen. Vroeger een algemeen en gevaarlijk onkruid in klavervelden. Daar thans geheel verdwenen. In grote delen van Nederland zeldzaam. In Zeeland plaatselijk vrij veel voorkomend in bermen van pas aangelegde wegen en op taluds van jonge sloten. Walstrobremraap (O. carvophyllácea) Iets groter dan de vorige. Woekerend op walstro. Regelmatig voorkomend in soortenrijke graslanden en helmvegetaties in de duinen.

AUTEUR

K.F. Vaas, herschr. A.M.M. van Haperen