Nicolaas de Castro
Nicolaas de Castro | |
---|---|
Wapen van Nicolaas de Castro, abt, later bisschop van Middelburg, bron, KZGW, Zelandia Illustrata IV, 237. | |
Geboren | 1503 Leuven |
Overleden | 16 mei 1572 Middelburg |
Beroep | bisschop |
VIAF | N. de Castro |
Aanstelling in Middelburg
Eerste en enige residerende bisschop van Middelburg. Vermoedelijk ware naam Nicolaas van der Burg(t) of Verborgh, zoon van een pedel van de Leuvense Universiteit. Studeerde aldaar theologie, werd kanunnik aan het Mariakapittel te Utrecht, werd in 1550 genoemd onder de boekcensoren en krijgt in december 1556 een aanstelling als inquisiteur, waarna hij betrokken raakte bij verschillende processen tegen priesters in Noord-Holland. Philips II liet zich overtuigen dat De Castro de geschikte man was als bisschop voor het nieuwe bisdom Middelburg en meende hem inkomsten te kunnen verschaffen door hem tevens de functie van abt van de rijke abdij op te dragen. Het overlijden van Matthias van Heeswijk in 1558 maakte de weg daarvoor vrij. De belangen van de abdij zouden aldus ondergeschikt worden gemaakt aan die van het bisdom en daartegen rezen bezwaren, die na enige weken van onderhandelen middels een schikking voorlopig werden opgelost. Op 26 december 1561 werd De Castro in de kathedraal te Mechelen tot bisschop gewijd. Op 31 december hield hij in Middelburg zijn plechtige intocht. Zijn bisschoppelijke residentie werd de abdij. Zijn kathedrale kerk de St.-Pieter of Noordmonsterkerk. Als abt van de abdij werd de bisschop meteen het eerste lid van de Staten van Zeeland. De magistraat van Middelburg bleef echter bezwaren houden en sprak die uit toen er werd onderhandeld over de komst van deze bisschop, die als eerste zijn residentie binnen deze stad zou hebben en beschouwd mocht worden als een getrouw dienaar van de centrale regering. De stad maakte daarom het voorbehoud dat de bisschop geen nieuwigheden mocht invoeren en geen ‘privilege's, handvesten, concordaten, politiën en goede usantiën’ zou veranderen. Grotere moeilijkheden rezen er echter met de Domproost in Utrecht, die weigerde De Castro enige bevoegdheid te geven over een gebied dat deel was van het aartsbisdom Utrecht. Door het instellen van nieuwe bisdommen achtte de Domproost zich namelijk aanzienlijk in zijn inkomsten geschaad. De Castro dacht er niet aan om toe te geven en bij het geschil raakte zelfs de Geheime Raad in Brussel betrokken. Het duurde twee en een half jaar voor op 24 juli 1564 een overeenkomst werd bereikt. De Castro had bijna geheel moeten capituleren. Bijna alle rechten, ook dat van visitatie, bleven aan de Domproost. Dat deze gang van zaken niet ten goede kwam aan de bloei van het nieuwe bisdom, is te begrijpen. Nog meer teleurstellingen wachtten de nieuwe bisschop. Hij hoopte dat de decreten van het concilie van Trente een grondige verbetering, zowel voor zijn bisdom als voor zijn eigen positie zouden betekenen. Toen deze decreten eindelijk kwamen, waren ze voor hem teveel afgezwakt. Niettemin begon hij in 1566 met de voorbereiding van de eerste diocesane synode van zijn nieuwe bisdom.
Beeldenstorm en Opstand
Tijdens die voorbereidingen brak de beeldenstorm uit en de eerste kerk die in Zeeland het slachtoffer werd, was zijn eigen abdijkerk. In november 1566 kwam de diocesane synode eindelijk bijeen en de besluiten van Trente voor het bisdom werden afgekondigd. Elke pastoor kreeg een gedrukt uittreksel om dat in zijn parochie bekend te maken. Ook de Domproost maakte echter aanspraak op publicatie van de decreten en zond ze toe aan allen waarover hij de jurisdictie had. De Castro dreigde met excommunicatie wanneer men in dezen naar de Domproost luisterde. De komst van Alva in 1567 gaf de Castro wat steun en zo kon hij eindelijk beginnen aan de vorming van het nieuwe bisdom. De bisschop was nu echter ook het eerste lid van de Staten van Zeeland en dat bracht in deze jaren (Alva!) politieke moeilijkheden mee. Er moesten beslissingen genomen worden over de tiende en twintigste penning. Hier heeft de bisschop meegewerkt aan de opschorting. Erger werd het in 1572 toen Walcheren tegen de koning in opstand kwam en Middelburg belegerd werd. Tijdens dit beleg is De Castro gestorven. Lang heeft er nadien onzekerheid bestaan over de datum van zijn sterven. In de archieven te Brussel berust echter een brief van 17 mei 1573 waarin de steeds benarder wordende toestand van de stad wordt beschreven. de brief moet uit de stad zijn gesmokkeld. Vermeld wordt dat op 14 mei burgemeester Zoetemans bezweek en twee dagen later de zeventigjarige De Castro `dominus reveren dissimus episcopus'.
Bibliografie
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Auteur
S.J.M. Hulsbergen
Literatuur
- Rogier, Geschiedenis van het katholicisme.
- Bijdragen tot de geschiedenis van het bisdom Haarlem L.VII, 376.
- D. van Heel, Archivalia aangaande Nicolaas de Castro.
- Van Vloten, Middelburg's beleg.