Gijsbrecht van der Jagt/EvZ1982-1984
(Zierikzee ged. 17 sept. 1800 - Amsterdam 5 augustus 1829). Docent. Studeerde te Amsterdam aan de Koninklijke academie van beeldende kunsten, waar hij in 1823 de eerste prijs behaalde. Na enige tijd als onderwijzer gewerkt te hebben, werd hij in 1826 benoemd tot directeur van de afdeling bouwkunde, vervolgens tot lector bij het departement bouwkunde van de Maatschappij Felix Meritis. Tevens was hij medebestuurder en lector in de wis- en werktuigkunde van het door de Maatschappij tot Nut van ‘t Algemeen opgerichte volksonderwijs. Een grote carrière leek voor hem weggelegd, doch 5 augustus 1829 stierf hij aan tuberculose. Hij publiceerde: ‘Grondbeginselen der Meetkunst voor den Ambachtsman en de Handwerksman’ (Amsterdam 1827-1830); uit het Frans vertaalde hij van Ch. Dupin ‘Overzicht der Ambachten, der handwerken en der kunsten, aan welke de meetkunst tot nut verstrekt’(Amsterdam, 1826).