Purperslak

Uit encyclopedie van zeeland
Versie door Maintenance script (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2014 om 13:46 (Importing text file)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Purperslak

(Thais lapillus, Nucella lapillus en Purpura lapillus). De purperslak is een huisjesslak, die langs alle kusten van de wereldzeeën voorkomt, zij het in verschillende variaties. Zijn naam ontleent het dier aan het purperen sap, dat in de oudheid o.a. in Phoenicië gebruikt werd om stoffen te verven ook thans wordt door Middenamerikaanse indianen het sap als kleurstof aan gewend. De purperslak voedt zich met zeepokken, jonge mossels en oesters. Het dier zet eieren in grote massa af, in een geel flesvormig kapsel gehuld. Deze kapsels, in bosjes bijeen, worden aangetroffen aan de onderzijde van stenen. Zodra de purperslakjes het ei verlaten hebben, beginnen zij onmiddellijk de overige eieren, die zich nog binnen het kapsel bevinden, op te eten. Daarna, banen zij zich een wee door het kapsel naar buiten en zetten zich vast op de steenglooiingen. De kleur van de huisjes is overwegend bruingrijs. Gebleken is dat purperslakken, doordat zij in geïsoleerde groepen voorkomen, verschillende eigenschappen en vormen hebben ontwikkeld. Zo zijn de purper slakken ten noorden van de Oosterschelde, bijv. bij Hoek van Holland, nogal klein en hebben een dikke, niet van uitsteeksels voorziene schelp, terwijl de purperslakken in de Oosterschelde veel groter zijn en over een met schubben bedekte schelp beschikken. Met de purperslak verwant is de wulk.


AUTEUR

K.F. Vaas

LITERATUUR

M.P. Kerne en R.A.D. Cameron, Elseviers slakkengids. W. Wolff en J. Post, Oosterschelde.