Lucas Anthz. van Steveninck/EvZ1982-1984

(Middelburg 10 jan. 1742-Amsterdam 1 nov. 1800). Medicus. Zoon van een Middelburgs chirurgijn. Promoveerde op 15 april 1766 te Leiden op 'De hysterica passione’ (Over het lijden aan hysterie). Vestigde zich te Middelburg waar hij als stadsdoctor (vanaf 1770) weinig presteerde, maar wel in opspraak kwam als plaatselijk politicus. Behoorde tot een patriottische sociëteit, die in 1786 weigerde om Willem V te danken voor zijn prestaties in de 4e Engelse Oorlog. Het Oranjegezinde volk koelde zijn woede op de patriotten en in het bijzonder op de dokter, wiens huis belegerd werd. Zelf kon hij op het nippertje het vege lijf redden (hij ontsnapte in vrouwenkleren naar Dordrecht). Daarna werd hij bij vonnis voor het leven verbannen, maar in 1795 gerehabiliteerd en plechtig ingehaald te Middelburg, waar hem het ambt van schepen werd aangeboden. Hij had echter genoeg van de politiek en bleef als koopman wonen in Amsterdam waar hij zelfmoord pleegde uit angst dat hij hondsdolheid had opgelopen. Zijn neef en naamgenoot was sinds 1762 chirurgijn te Middelburg. Deze werd in 1772 belast met de geneeskundige zorg voor het Oude Mannen en Vrouwenhuis en na de dood van zijn oom Anthony van Steveninck met het examineren van chirurgijns hij de Verenigde Oostindische Compagnie.