Jacoba van Heemskerck van Beest/EvZ1982-1984
(Den Haag 1 april 1876 - Domburg 3 aug. 1923). Schilderes. Dochter van de marineofficier en zeeschilder jhr. Jacob van Heemskerck van Beest. Zij kreeg haar eerste lessen van haar vader en bezocht van 1897-1901 de Haagse academie. Van 1901-1904 werkte zij bij Hart Nibbrig in Hilversum, die haar in contact bracht met het luminisme. Na een korte studietijd bij Eugène Carrière in Parijs vestigde zij zich in Den Haag. Vanaf 1908 kwam zij iedere zomer op `Loverendale' in Domburg logeren bij haar vriendin Marie Tak van Poortvliet. Hier ontmoette zij Toorop en Mondriaan. Vooral de laatste maakte veel indruk op haar; zij onderging sterk de invloed van het kubisme en begon in meer abstracte richting te werken met gedempte kleuren. Met dit werk nam zij ook deel aan de door Toorop in Domburg georganiseerde tentoonstellingen. In 1913 kreeg haar kunst de beslissende wending door het contact met de Duitse dichter Herwarth Walden en zijn groep 'Der Sturm'. In dit gezelschap van Duitse expressionisten vond zij haar eigen stijl. Dit werk doet weini g Hollands aan. De landschapsmotieven bossen, bergen, meren met zeilschepen worden geabstraheerd tot een architectonisch hechte opbouw, van golvende ritmische lijnen en gedempte kleuren. Daardoor krijgen haar schilderijen een strak, decoratief en wat zwaarmoedig karakter. Tenslotte ging zij geheel abstract werken. Door haar architectonische stijl was zij ook bijzonder gedisponeerd voor de houtsnede Der Sturm gaf een serie van haar uit en het glas-in-loodraam. Zij ontwierp o.a. ramen voor de Marinekazerne en de Geneeskundige Dienst in Amsterdam. Jacoba van Heemskerck is een op zichzelfstaande figuur in de Nederlandse kunstgeschiedenis. Haar werk heeft hier weinig weerklank g evonden en werd na haar dood spoedig vergeten. De laatste tijd wordt echter haar internationale betekenis erkend enwint het werk aan waardering. Haar voornaamste werken bevinden zich in het Gemeentemuseum in Den Haag; vele hiervan zijn afkomstig uit de collectie van Marie Tak van Poortvliet.