Leen Quist
Leen Quist | |
---|---|
De Middelburgse keramist Leen Quist in het Marie Tak van Poortvlietmuseum in Domburg, foto: Jaap Wolterbeek, 1995, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 103030 | |
Geboren | 1942 Anna Jacobapolder |
Beroep | beeldend kunstenaar (keramiek) |
VIAF | 58992838 Leen Quist |
Levensloop
Quist kreeg een opleiding tot onderwijzer aan de Christelijke Kweekschool te Middelburg en was als zodanig van 1964-1972 te Domburg werkzaam. Hij volgde tevens een opleiding tot docent handvaardigheid (1968-1973) en werd leraar handvaardigheid en kunstgeschiedenis aan de Stedelijke Scholengemeenschap Middelburg.
Werk en invloed
In 1976 en 1977 liep Quist stage bij de vooraanstaande pottenbakster en keramiste Clara Andersen in Aarhus (Denemarken). Tevens werd hij beïnvloed door de Deense keramisten Gutte Eriksen en Gertrud Vasegaard. Als keramist is Quist autodidact. Zijn eerste expositie had hij in 1979 bij galerie Siau te Amsterdam. Quist’s werk, meestal porseleinen dozen, schalen en kommen, kenmerkt zich door een witte ondergrond met strakke geometrisch patronen (‘vlechtstructuren’ noemt hij het zelf), meestal in donkerblauw. Zijn werk is wel omschreven als ‘keramiek met strenge vormgeving’; het berust in diverse musea (onder meer het Zeeuws Museum te Middelburg, Boymans van Beuningen te Rotterdam en het keramiekmuseum Princessehof te Leeuwarden). Hij had talrijke exposities in binnen-en buitenland.
Bibliografie
- Lene Olesen en Martha Gaber Abrahamsen, Danish ceramic artists and Leen Quist (Laren, 1990).
- met Thimo te Duits en Ruth Koenig, De noordelijke traditie; Leen Quist, keramiek & De keramiekcollectie Koster en Quist; Leen Quist, ceramics & The Koster and Quist ceramics collection; Museum Boymans-van Beuningen, 7.2-4.4.93 (Rotterdam, 1993).
- Job Meihuizen, ‘Leen Quist en de noordelijke traditie’, in: Zeeland 2/nr.3 (2003) 81-84.
- A.J. Snel, ‘Leen Quist, keramist, op weg naar het volmaakte evenwicht’, in: Zeelandboek 9 (2005) 197-207.
Auteur
-Peter Sijnke (2012).
Bronnen
-Quist , Leen (Documentatiemap) (Middelburg: ZB, 2011).