Neeltje Lokerse
Neeltje Lokerse | |
---|---|
Neeltje Lokerse, strijdster voor vrouwenrechten, foto ca. 1930, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 149081 | |
Geboren | 31 augustus 1868 Yerseke |
Overleden | 17 februari 1954 Voorburg |
Beroep | feministe |
VIAF | [1] |
Emancipatiestrijdster, hetgeen door haar vaak haakse kijk op zaken een betere betiteling is dan feministe, aangezien Lokerse het vaak oneens was met personen en organisaties waarvan verwacht mocht worden dat deze juist wel op haar sympathie zouden kunnen rekenen.
Jeugd
Neeltje Lokerse werd geboren te Yerseke op 28 augustus 1868. Ze was de dochter van een koopman en agrariër en een dienstbode. Haar vader overleed toen ze acht was en ook een jonger broertje en zusje stierven in de eerste levensjaren. De oesterteelt in Yerseke ontwikkelde zich in haar jeugd explosief en die economische welvaart van het dorp ging gepaard met onzedelijkheid, drankgebruik en prostitutie. Anderzijds werd juist het godsdienstige leven reactionair. Nadat Lokerse van de lagere school kwam werd ze dienstbode. Eerst in Zeeland en na haar twintigste ook in Amsterdam en Den Haag.
Dienstbode, spreekster en schrijfster voor vrouwenstrijd
Een van haar Haagse werkgevers, S.J. Burghout, verwekte bij haar een kind, dat in 1901 geboren werd. Hij wilde dit kind echter niet erkennen, noch met haar trouwen. Onderzoek naar vaderschap was in die tijd verboden. Over dit onrecht werd Lokerse verontwaardigd. Op de werkplek van Burghout schoot ze een revolver af; niet om te doden, maar om aandacht te vestigen op de positie van vele dienstbodes. Die aandacht kwam: Lokerse werd gearresteerd, kreeg een rechtszaak en haalde daarmee de landelijke pers. Ze werd vrijgesproken en eenmaal vrij begon ze lezingen te houden. De teksten daarvan gaf ze in eigen beheer uit.
In 1914 bracht ze een roman uit met als hoofdpersoon Bertha van Doorn, een dienstmeisje dat net als zijzelf door een ‘heer’ in de steek gelaten werd. Lokerse kwam op voor dienstboden, ongehuwde moeders en mengde zich daarom ook in het prostitutie debat. Ongehuwde moeders waren immers vaak gedwongen hun broodwinning daar te zoeken. Lokerse sloot zich echter bij geen enkele stroming of vereniging aan. Ze zette zich zelfs af tegen personen en bewegingen die zich op hetzelfde pad bewogen als zij. De Vereeniging ter Behartiging van de Belangen der Jonge Meisjes en de Nederlandsche Vereeniging tegen de Prostitutie bijvoorbeeld.
De Wet-Loeff, die er in 1909 komt en die onderzoek naar het vaderschap weer toestaat kan haar goedkeuring niet wegdragen. Alimentatie is niet wat een ongehuwde moeder nodig heeft, maar een huwelijk, aldus Lokerse, ook al is dat ongelukkig. Lokerse denkt er ook niet aan de prostitutie af te schaffen. Bordelen moeten open blijven, zodat de dienstboden niet verleid hoeven te worden. Als spreker en schrijver –niet in de laatste plaats door haar stijl en taal- ondervindt Lokerse dan ook veel weerstand. Voor de samenleving van die tijd verkondigt ze tegendraadse ideeën. Een van de terugkerende onderwerpen is haar verwerping van vele christelijke dogma’s die het dagelijks leven beheersen. Toch maakt ze met haar lezingen indruk op haar publiek omdat ze uit eigen ervaring spreekt. [Promotiefoto van Neeltje Lokerse in dracht, foto uit: N. Lokerse, Bertha van Doorn. Een boek van strijd en leed; een ware geschiedenis (’s-Gravenhage, 1914).]
In 1916 trouwt Lokerse met Willem van Strien, een rustend agrariër, maar ze blijft lezingen houden. Alleen al omdat ze altijd haar Zuid-Bevelandse dracht blijft dragen wordt ze daardoor een opvallende verschijning. Haar zoon, die amper door haar opgevoed wordt, blijft haar trouw als ze oud en ziek wordt. Neeltje Lokerse overlijdt op 85-jarige leeftijd te Voorburg. In de Leidse wijk Stevenshof is in 1987 een pad naar haar genoemd. Bestand:.jpg (Yerseke 31 aug. 1868 - Voorburg 17 febr. 1954). Feministe. Rond 1890 vertrok Neeltje als dienstbode eerst naar Amsterdam, daarna naar Den Haag, waar zij in 1901 beviel van een onwettige zoon. Omstreeks 1916 huwde zij met de rijke Zeeuwse boer, W. van Strien en vestigde zich te Scheveningen. Neeltje hield door heel Nederland in Zuidbevelands kostuum op eigen kosten lezingen die ze tevens publiceerde. Hierdoor genoot ze grote bekendheid. Haar geschriften zijn door toon en stijl nu onleesbaar. Uit haar werk komt zij naar voren als een felle strijdster tegen de onzedelijkheid en het christelijk farizeïsme van het Nederlandse volk. De rechten van de ongehuwde moeder uit de mindere stand en haar kind hadden haar speciale aandacht. Om hun positie te verbeteren deed ze soms, ook voor die tijd, merkwaardige voorstellen.
Bibliografie
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
Auteur
-I.H. Vogel =
Literatuur
-W.C.S. van Benthem Jutting, J.C.B. Spits, ‘Neeltje Lokerse’, in: BWSA 4 (1990) 131-133.
-Neeltje Lokerse, Open brief naar aanleiding van het sluiten der bordeelen aan het gemeentebestuur van Rotterdam en aan den WelEd.Zeer Gel.Heer Dr.W.B. van Staveren, Lekkerkerk, [ca.1907].
-Neeltje Lokerse, Onderzoek naar het vaderschap in verband met onze krankzinnigengestichten, gevangenissen, huizen van ontucht, [S.l.], [ca.1906].
-Josine Spits, Neeltje Lokerse : van Zeeuwse dienstbode tot strijdbaar activiste (1868-1954), Middelburg, 1988. Doctoraalscriptie, Rijksuniversiteit Leiden.
Neeltje Lokerse (1868-1954) strijdster voor de rechten van de ongehuwde moeder en haar kind.