Bouwen (of Boudewijn) Ewoutsz
Bouwen (of Boudewijn) Ewoutsz | |
---|---|
Bouwen Ewoutsz werd aangesteld als schipper op het vlaggenschip de Gouden Leeuw, hier afgebeeld op een schilderij van Willem van de Velde (de jongere), 1686. Bron: Wikimedia Commons. | |
Geboren | ? Vlissingen |
Overleden | juni 1573 Vlissingen |
Beroep | Admiraal |
Biografie
Admiraal. Begon zijn carrière bij de koopvaardij. Onkundig van de veranderingen die in zijn vaderstad hadden plaatsgegrepen (6 april 1572: overgang van Vlissingen naar de Prins), sloot hij zich op terugreis uit de Golf van Biskaje aan bij een Spaans eskader onder leiding van de hertog van Medina Celi, dat troepen vervoerde naar de Zuidelijke Nederlanden. Ter hoogte van Blankenbergen werd dit eskader aangevallen door een Geuzenvloot, die het aan land zetten van de Spaanse legereenheden wilde beletten. De lichtere Spaanse schepen vluchtten in de richting van Sluis, maar een vijftal, waar onder dat van Ewoutsz, raakte vast op de beruchte zandplaat, de Paardenmarkt, voor deze stad. Ewoutsz, die inmiddels had begrepen wat er aan de hand was, begon nu zelf zijn aanval op de Spanjaarden, bijgestaan door de inmiddels toegesnelde Geuzen. De Spanjaarden sprongen over boord, werden gedood of opgepikt, hun schepen werden geplunderd en in brand gestoken. Ewoutsz werd vlotgetrokken en kwam met buit en gevangenen in Vlissingen aan, waar zijn zwager, admiraal Ewout Pietersz, bijgenaamd Worst, hem aanstelde als schipper op zijn vlaggenschip de Gouden Leeuw. Toen Ewout Pietersz in 1573 overleed volgde Ewoutsz hem op als Admiraal van Zeeland.
Op 27 mei leidde hij in die functie zijn eerste zeeslag. De Spaanse admiraal Sancho d 'Avila, die had geprobeerd bij Rammekens troepen aan land te zetten om Middelburg te ontlasten en victualiën binnen de stad te brengen, aanvaardde op die dag de terugtocht naar Antwerpen. Ewoutsz trachtte hem te onderscheppen. Enige dagen lagen de vloten tegenover elkaar, wachtende op een gunstige wind, nu en dan wisselend. Een gelukstreffer uit het schip van d'Avila (de kogel sloeg plat op het water, sprong op en kwam midden in de Admiraliteitshut terecht, waar net krijgsraad werd gehouden) maakte een einde aan het leven van viceadmiraal Jan de Moor (de vader van Joost) en verwondde Ewoutsz met splinters aan het hoofd. Aanvankelijk lieten de verwondingen zich niet ernstig aanzien. Op 6 juni liep de wind noordwest, waardoor de vloten te gen elkaar aandreven. Ewoutsz enterde onmiddellijk een Spanjaard en veroverde het schip. De wind draaide tijdens het gevecht echter naar west en dat gaf de Spanjaarden gelegenheid te vluchten. Ewoutsz liep Vlissingen weer binnen, maar schijnt korte tijd daarna toch aan zijn verwondingen te zijn overleden.
Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984
Auteur
A.Teunis
Literatuur
- De la Rue, Staatkundig Zeeland.
- Swalue, Daden der Zeeuwen.
- Kok, Vaderlandsch woordenboek XIV.
- Van der Aa, Biographisch woordenboek. N.N.B.W. IV.