Willem Cornelis Mary deJonge

Uit encyclopedie van zeeland
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Willem Cornelis Mary deJonge
VIAF [1]

('s-Gravenhage 5 augustus 1811- Huize `Overduin' bij Oostkapelle 1 juli 1888). Heer van Ellemeet en Elkerzee. Bestuurder. Werd op 25 juni 1829 als student in de rechten te Utrecht ingeschreven, waar hij op 28 september 1839 promoveerde. Tijdens de Belgische opstand diende hij vrijwillig bij de compagnie jagers (1830-1831). Hij was burgemeester van Oostkapelle, lid van Gedeputeerde Staten van Zeeland, lid van de Eerste Kamer (1849-1853) en commissaris van de polder Walcheren. Te Oostkapelle legde hij het zogenoemde 'Museum Catsianum' aan, een verzameling geschriften met betrekking tot Jacob Cats, welke hij in juni 1887 aan de Maatschappij van Nederlandsche Letterkunde te Leiden geschonken heeft. Bij K.B. van 13 mei 1884, nr. 33, werd hij in de Nederlandse adelstand verheven. Hij heeft uitgegeven 'Het leven van den Pruisischen generaal agaven-kweeker von Jacoby' en het 'Museum Catsianum', een catalogus van zijn verzameling Catsiana.

Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Bekijk de originele tekst uit de Encyclopedie van Zeeland, 1982-1984

Auteur

L. Hageman, gecontroleerd redactie 2013

Literatuur

  • Nagtglas, Levensberichten.
  • Wijnaendts van Resandt, De Jonge, 149.