Antonius Boudewijn van Deinse
Antonius Boudewijn van Deinse | |
---|---|
Bestand:.jpg ' | |
Geboren | 9 november 1885 Nijmegen |
Overleden | 11 juli 1965 Rotterdam |
Beroep | zoöloog |
VIAF | A.B. van Deinse |
Biografie
Antonius Boudewijn van Deinse bracht zijn jeugd en HBS-tijd door in Nijmegen en Arnhem, waar zijn vader leraar aan het gymnasium was. Gestimuleerd door zijn biologieleraar op de HBS (dr. A.C. Oudemans, 1858-1943) ging Van Deinse in 1906 in Utrecht biologie studeren en werd 1 januari 1913 leraar aan het Erasmiaans gymnasium in Rotterdam. Door een toevallige vondst in 1914 raakte hij sterk geïnteresseerd in de walvisachtigen en na enkele jaren van intensieve studie (waarin hij onder andere een unieke collectie beenstukken van fossiele walvissen wist op te bouwen) promoveerde Van Deinse op 7 juli 1931 in Utrecht op het proefschrift 'De fossiele en recente Cetaceae van Nederland'. Na zijn promotie ging Van Deinse door met het onderzoek naar walvissen en walvisvaart, geholpen door een net van waarnemers langs de Nederlandse kust, die hem op de hoogte hielden van aangespoelde dieren. De gegevens publiceerde hij regelmatig, ondermeer in de NRC, De Levende Natuur en Natura. Als blijk van waardering voor zijn werk werd hem het (ere)lidmaatschap van verscheidene verenigingen en genootschappen aangeboden, onder andere van de Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging, de Vereniging voor Zoogdierkunde en het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen.
Bibliografie
- 'Het zeegedrocht uit het Hellegat van 1757', in: Archief (1937) 115-125.
- 'Een Zeeuwsche butskop, Hyperoodon rostratus uit 1584', in: Archief (1940) 1-8.
- [1]
Auteur
F. van Noordwijk
Literatuur
-Scheygrond, In memoriam dr. A .B. van Deinse, 1-5.
-Slijper, Vijftig jaren walvisonderzoek, 5-12.
-Verhey, In memoriam dr. A.B. van Deinse, 219.