Sjef van Dongen
Sjef van Dongen | |
---|---|
Sjef van Dongen als kamerlid, 1959, fotoarchief PZC, ZB, Beeldbank Zeeland, recordnr. 123149. | |
Geboren | 30 maart 1906 Haarlem |
Overleden | 15 maart 1973 Vlissingen |
Beroep | politicus en poolreiziger |
VIAF | Sjef van Dongen |
Jeugd en opleiding
Josephus Maria Andreas Cornelius (Sjef) van Dongen werd in Haarlem geboren en woonde later in Rotterdam, maar zijn ouders kwamen beiden uit Waalwijk. Toen zijn vader in 1912 een kantoorbaan kreeg bij Kessels' Muziekinstrumentenfabriek in Tilburg, ging het gezin in Tilburg wonen. In 1922 kreeg de vader van Van Dongen een baan bij de N.V. Nederlandsche Spitsbergen Compagnie (Nespico) in Rotterdam en vertrok in die functie naar Barentsburg op Spitsbergen, waar de maatschappij een steenkoolmijn exploiteerde.
Ook Van Dongen vertrok in 1923 naar Spitsbergen maar door de lage steenkoolprijzen was de mijn, waar in betere tijden 500 mensen werkten, niet langer rendabel. Vanaf 1926 bleef Van Dongen met twee anderen achter om de installaties te bewaken en te onderhouden.
De zoektocht naar Nobile
In 1928 ondernam het toenmalige fascistische Italië een propagandastunt om de grootsheid van dit land te demonstreren. Generaal Umberto Nobile zou pogen, samen met 15 bemanningsleden, om in een luchtschip, de 'Italia', de Noordpool te bereiken. Deze politieke stunt, die werd gesteund door Paus Pius XI, was in zoverre een succes dat de Noordpool inderdaad werd bereikt. De terugtocht eindigde echter rampzalig daar het luchtschip neerstortte waarbij de commandogondel met Nobile en negen anderen aan boord van het luchtschip losscheurde. Het overige deel van het luchtschip, met de overige zes mensen aan boord, vloog later in brand. Een drietal mensen van de groep rond Nobile ging hulp zoeken en vertrok over het pakijs.
Hoewel de groep van Nobile over een zender beschikte kon deze geen contact met het hulpschip leggen. Een internationale reddingsactie werd op gang gezet. Hier namen Italianen, Zweden, Finnen, Russen, Fransen en ook Noren, waaronder Roald Amundsen, aan deel. Het vliegtuig van Amundsen stortte echter neer op het ijs waarbij hij, samen met vijf andere bemanningsleden, omkwam. Ook Van Dongen nam, samen met de Italiaanse kapitein Sora, deel aan de zoekactie met behulp van een hondenslee. Na een gevaarlijke zoektocht van vier weken moesten ook zij gered worden. Nobile en zeven bemanningsleden werden uiteindelijk gered door de Russische ijsbreker Krasin. Van de overigen is nimmer meer iets vernomen. Ook de resten van het luchtschip zijn nooit teruggevonden.
Van Dongen werd in Nederland als een held ontvangen. Over zijn avonturen schreef hij twee boeken.
Zeeuws-Vlaanderen
Na dit avontuur werd Van Dongen verkoper, eerst voor Philips en later voor het Liga-product Sanovite, wat hem in 1933 in Oostburg deed belanden.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog nam hij deel aan het verzet en na de bevrijding werkte hij voor het Militair Gezag. Hij werd vervolgens waarnemend burgemeester van Oostburg en in 1945 werd hij waarnemend burgemeester van Aardenburg, om in deze stad van 1946 tot 1962 een volwaardige burgemeestersfunctie te vervullen.
Ook was hij, van 1948 tot 1962, lid van de Provinciale Staten van Zeeland voor de KVP. Daarna was hij tot 1970 lid van de Gedeputeerde Staten. Voorts was hij Tweede Kamerlid van 1956 tot 1966.
Van Dongen was ereburger van Aardenburg.
Bibliografie
- Vijf jaar in ijs en sneeuw. Mijn leven in het Noordpoolgebied, Amsterdam: Scheltens en Giltay, 1928.
- Een Hollandsche jongen in het hooge noorden. Leven en avonturen op Spitsbergen, Amsterdam: Scheltens en Giltay, 1929.
Auteur
-?
Bronnen
Literatuur
-Josephus Maria Andreas Cornelius van Dongen (Documentatiemap) (Middelburg: ZB, 2008).