Antonie Herman Gerard Fokker

Uit encyclopedie van zeeland
Versie door Maintenance script (overleg | bijdragen) op 20 mrt 2014 om 14:17 (Importing text file)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Fokker, Antonie Herman Gerard

(Middelburg 8 juni 1809 - Middelburg 27 augustus 1874). Koopman, commissionair en reder.

Bezocht in zijn geboorteplaats van 1822-1826 de Latijnse school; na een opleiding voor de handel werd hij koopman, commissionair en reder. Tot zijn dood had hij sedert 1858 zitting in de gemeenteraad, de Kamer van Koophandel en was hij als commissaris verbonden aan de Nederlandsche Handelmaatschappij; tevens hielp hij de hulpbank mede oprichten, waarvan hij het secretariaat voerde. Als conservator van de munten en penningen van het Zeeuwsch Genootschap gaf hij in 1869 een catalogus uit; een voorgenomen bewerking van een penningkundige geschiedenis van Zeeland vond door zijn dood geen uitvoering. Hij was lid van de Société numismatique te Brussel en het Provinciaal Utrechtsch Genootschap. Zijn waardevolle kabinet werd in 1875 te Amsterdam verkocht.


AUTEUR

L. Hageman, gecontroleerd redactie 2013


LITERATUUR

Vorsterman van Oyen, Stam- en Wapenboek 1, 285.

Nagtglas, Levensberichten.

N.B.B.W. I.


Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984


(Middelburg 8 juni 1809 - Middelburg 27 aug.1874). Bezocht in zijn geboorteplaats van 1822-1826 de Latijnse school; na een opleiding voor de handel werd hij koopman, commissionair en reder. Tot zijn dood had hij sedert 1858 zitting in de gemeenteraad, de Kamer van Koophandel en was hij als commissaris verbonden aan de Nederl. Handelmaatschappij; tevens hielp hij de hulpbank mede oprichten, waarvan hij het secretariaat voerde. Als conservator van de munten en penningen van het Zeeuwsch Genootschap gaf hij in 1869 een catalogus uit; een voorgenomen bewerking van een penningkundige geschiedenis van Zeeland vond door zijn dood geen uitvoering. Hij was lid van de Société numismatique te Brussel en het Provinciaal Utrechtsch Genootschap. Zijn waardevolle kabinet werd in 1875 te Amsterdam verkocht.