Jacob van Loo
Loo, Jacob Van |
---|
Tekst uit de Encyclopedie van Zeeland 1982-1984
(Sluis 1614 - Parijs 27 nov. 1670). Schilder. Was een zoon van Jan van Loo (geb. Sluis 1585), een schilder van genre-taferelen in Sluis. Jacob werkte sinds 1642 in Amsterdam, waar hij veel naam maakte met zijn elegante portretten en gezelschapsstukken. Gaandeweg kwam hij tot een soberder stijl, verwant met die van Gerard Terborch en Nicolaas Maes. In 1661 werd hij wegens een begane doodslag uit Amsterdam verbannen. Hij ging toen naar Parijs, w aar hij reeds in 1663 tot lid van de koninklijke schildersacademie werd benoemd. Ook hier had hij succes en al spoedig behoorde hij tot de leidende figuren van het Franse academisme. Behalve portretten schilderde hij in zijn Franse tijd hoofdzakelijk galante, mythologische en allegorische taferelen, die in vele Franse musea te zien zijn. Hij was de stamvader van een uitgebreide familie van Franse kunstschilders, waarvan zijn kleinzoon Carle van Loo de beroemdste werd.